Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1120/00 van Lucio Manisco (GUE/NGL) aan de Commissie. Gevangenzetting van Akin Birdal en veroordeling van Necmettin Erbakan in Turkije.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1120/00 van Lucio Manisco (GUE/NGL) aan de Commissie. Gevangenzetting van Akin Birdal en veroordeling van Necmettin Erbakan in Turkije.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1120/00

van Lucio Manisco (GUE/NGL) aan de Commissie

(11 april 2000)

Betreft: Gevangenzetting van Akin Birdal en veroordeling van Necmettin Erbakan in Turkije

Op dinsdag 28 maart 2000 heeft een rechtbank in Ankara het verzoek om uitstel van de voltrekking van het vonnis tegen Akin Birdal terzijde gelegd en de gevangenzetting gelast van deze beroemde, moedige verdediger van de mensenrechten in zijn land die reeds veroordeeld is wegens subversieve uitspraken. De advocaten van Akin Birdal hadden gevraagd de voltrekking van het vonnis met zes maanden uit te stellen omdat hij ten gevolge van bij een aanslag op zijn leven opgelopen verwondingen regelmatig medische verzorging behoeft.

Begin maart is de voormalige premier Necmettin Erbakan veroordeelt tot een jaar gevangenisstraf wegens soortgelijke uitspraken die hij in het kader van een in 1994 gehouden redevoering zou hebben gedaan.

1. Is de Commissie niet van oordeel dat deze flagrante schendingen van de vrijheid van meningsuiting en van de mensenrechten in strijd zijn met de verbintenissen welke de Turkse regering met het oog op toetreding tot de Europese Unie is aangegaan, alsook met de basisvoorwaarden voor toetreding van nieuwe landen, namelijk eerbiediging van de in artikel 6, lid 1 van het VEU neergelegde beginselen waarop de Unie stoelt, en de verplichting te voldoen aan de politieke criteria welke de Europese Raad in juni 1993 in Kopenhagen heeft vastgesteld?

2. Acht zij het niet nodig om bij de regering in Ankara stappen te ondernemen opdat deze afziet van gerechtelijke en buitengerechtelijke vervolging van de heren Birdal en Erbakan?

Antwoord van de heer Verheugen namens de Commissie

(22 mei 2000)

De Commissie deelt de bezorgdheid van het geachte parlementslid over de toestand van Akin Birdal, die naar de gevangenis moest terugkeren om het laatste deel van zijn straftijd uit te zitten, en over de toestand van Necmettin Erbakan, veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf.

Wat de heer Birdal betreft staat de Commissie geheel en al achter de verklaring van het voorzitterschap van de Raad van 30 mei 2000 waarbij de Turkse regering met name werd verzocht maatregelen te treffen voor de vrijlating van deze erkende strijder voor de mensenrechten in Turkije.

Deze nieuwe situatie is te meer te betreuren omdat de besluiten van de laatste Europese Raad van Helsinki van 10 december 1999, waarbij de status van Turkije als kandidaat voor het lidmaatschap werd bevestigd, het land ertoe oproepen zich bijzonder in te spannen met betrekking tot de naleving van de politieke criteria van Kopenhagen.

Het is derhalve van belang dat Turkije zich vastbesloten bindt aan een voortdurend proces van democratisering en de nodige hervormingen goedkeurt. De herziening of, beter nog, de schrapping van artikel 312 van het strafwetboek, dat ten grondslag ligt aan de veroordeling van de heer Birdal in 1998 en die van de heer Erbakan in maart 2000, lijkt om die reden onvermijdelijk.