Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1944/00 van Luis Berenguer Fuster (PSE) aan de Commissie. Compatibiliteit met de interne markt van de uitoefening van bijzondere prioriteitsrechten door de Spaanse regering bij de fusie van Telefónica en KPN.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1944/00 van Luis Berenguer Fuster (PSE) aan de Commissie. Compatibiliteit met de interne markt van de uitoefening van bijzondere prioriteitsrechten door de Spaanse regering bij de fusie van Telefónica en KPN.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1944/00

van Luis Berenguer Fuster (PSE) aan de Commissie

(16 juni 2000)

Betreft: Compatibiliteit met de interne markt van de uitoefening van bijzondere prioriteitsrechten door de Spaanse regering bij de fusie van Telefónica en KPN

De Spaanse regering heeft bij herhaling gebruik gemaakt van het zogenaamde prioriteitsaandeel (golden share) om fusies van Spaanse bedrijven met buitenlandse ondernemingen te beletten. Dat gebeurde onlangs nog in het geval van Telefónica en KPN en bij het veto tegen de aankoop van

Hidrocantábrico door een onderneming waarin ook EDF vertegenwoordigd was. Kort geleden heeft het Hof van Justitie Italië wegens het gebruik van het prioriteitsaandeel veroordeeld. Is de Commissie van mening dat de Spaanse regering zich bij de uitoefening van haar prioriteitsrechten schuldig heeft gemaakt aan dezelfde praktijken waarvoor Italië is veroordeeld?

Antwoord van de heer Bolkestein namens de Commissie

(14 juli 2000)

Hoewel de Spaanse regering, volgens de informatie die de Commissie hierover heeft ontvangen, geen maatregelen heeft genomen om de door het geachte parlementslid bedoelde fusie te beletten, is de Commissie van mening dat het aan de nationale autoriteiten toegekende recht om zich tegen bepaalde belangrijke beslissingen van ondernemingen te verzetten over het algemeen in strijd zijn met de bepalingen van het EG-Verdrag inzake het vrij verkeer van kapitaal. Volgens de vaste rechtspraak van het Hof van Justitie moeten nationale maatregelen, zoals het desbetreffende vetorecht, die het uitoefenen van de door het EG-Verdrag gewaarborgde fundamentele vrijheden kunnen belemmeren of toch minder aantrekkelijk maken, aan vier voorwaarden voldoen: zij moeten zonder discriminatie worden toegepast, zij moeten hun rechtvaardiging vinden in dwingende redenen van algemeen belang, zij moeten geschikt zijn om de verwezenlijking van het nagestreefde doel te waarborgen en zij mogen niet verder gaan dan nodig is voor het bereiken van dat doel.

In dit opzicht heeft de Commissie ten aanzien van Spanje een inbreukprocedure ingeleid betreffende de kaderwet inzake de privatiseringen (wet nr. 5/1995) en zij heeft naar aanleiding van het in juli 1999 uitgebrachte met redenen omkleed advies op 5 juli 2000 besloten Spanje te verwijzen naar het Hof van Justitie.