SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2699/00 van Christopher Huhne (ELDR) aan de Commissie. Landbouwsteun en de toetreding van Hongarije.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2699/00

van Christopher Huhne (ELDR) aan de Commissie

(1 september 2000)

Betreft: Landbouwsteun en de toetreding van Hongarije

1. Op hoeveel raamt de Commissie de extra jaarlijkse uitgaven voor landbouwsteun, indien het huidige beleid van de EU tot ondersteuning van de landbouw bij de toetreding van Hongarije tot de EU tot dat land wordt uitgebreid:

a) in het geval zich geen veranderingen in de huidige landbouwproductie aldaar voordoen,

b) in het geval zich wel veranderingen in de landbouwproductie aldaar voordoen vanwege de prijsincentives die van een aanpassing van het steun- en structuurbeleid aan dat van de EU zouden uitgaan?

2. Op hoeveel raamt de Commissie de jaarlijkse uitgaven voor het Garantiefonds resp. de structuurfondsen in elk van beide gevallen?

Gecombineerd Antwoord van de heer Fischler namens de Commissie op de schritftelijke vragen E-2690/00, E-2691/00, E-2695/00, E-2699/00, E-2700/00 en E-2701/00

(29 september 2000)

Om de extra jaarlijkse uitgaven voor landbouwsteun te kunnen ramen die het gevolg zullen zijn van de toetreding tot de Gemeenschap van Polen, Tsjechië, Cyprus, Hongarije, Slovenië en Estland, zou met een redelijke mate van zekerheid bekend moeten zijn op welke datum en op welke voorwaarden deze landen tot de Gemeenschap zullen toetreden. Deze aspecten zullen moeten worden geregeld tijdens de toetredingsonderhandelingen met deze landen, waarbij kan worden vermeld dat de onderhandelingen over het landbouwhoofdstuk in juni 2000 van start zijn gegaan. Elke kostenraming op basis van de door het geachte parlementslid genoemde veronderstellingen zou dus noodzakelijkerwijs hypothetisch, speculatief en onzeker van aard zijn. Bij de huidige stand van het onderhandelingsproces kan de Commissie de vragen van het geachte parlementslid dan ook niet beantwoorden.