Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-3036/00 van Lisbeth Grönfeldt Bergman (PPE-DE) aan de Commissie. Aanvullende gerichte overheidssteun voor de openbare TV in Zweden.

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-3036/00 van Lisbeth Grönfeldt Bergman (PPE-DE) aan de Commissie. Aanvullende gerichte overheidssteun voor de openbare TV in Zweden.

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-3036/00

van Lisbeth Grönfeldt Bergman (PPE-DE) aan de Commissie

(20 september 2000)

Betreft: Aanvullende gerichte overheidssteun voor de openbare TV in Zweden

De Zweedse minister van Cultuur heeft onlangs 500 mio SKR (ca. 60 mio) per jaar extra toegezegd aan de staatsbedrijven Sveriges Television (SVT) en Sveriges Radio (SR).

Deze extra overheidssteun komt voort uit het feit dat SVT geen heffingen hoeft te betalen over uitzendingen via analoge net.

Het concurrerende particuliere station TV4 zendt eveneens uit via het analoge net. Om via het analoge net te mogen zenden heeft TV4 zich verplicht enkele openbare diensten te verlenen, zoals het uitzenden van nieuwsberichten, en tot beperking van het aantal reclameboodschappen.

Volgens het ministerie van Cultuur moet TV4 zendheffingen blijven betalen, hetgeen erop neerkomt dat het bedrijf vanuit concurrentieoogpunt extra gediscrimineerd wordt.

SVT ontvangt thans reeds aanzienlijke steun o.a. via vergunningsheffingen of belasting van TV-ontvangers, rechtstreekse steun en bedrijfssponsoring voor omvangrijke evenementen.

Het is mij bekend dat openbare TV-uitzendingen uit hoofde van het Verdrag van Amsterdam bijzondere bescherming genieten. Dit kan echter betekenen dat de lidstaten particuliere alternatieven via gerichte overheidssteun zo veel kunnen discrimineren als zijn wensen.

Welke maatregelen overweegt de Commissie om een eind te maken aan aanvullende gerichte overheidssteun voor SVT en SR waardoor mededinging in Zweden onmogelijk wordt?

Antwoord van de heer Monti namens de Commissie

(18 oktober 2000)

De Commissie dankt het geachte parlementslid voor de informatie betreffende het stelsel van financiering van openbare omroepdiensten in Zweden die zij onder haar aandacht heeft gebracht. De Commissie heeft tot nu toe geen klachten ontvangen betreffende mogelijke overheidssteun aan SVT en SR die de mededinging zou vervalsen.

Er is geen rechtsgrondslag om de omroep uit te sluiten van de toepassing van de bepalingen inzake overheidssteun. In het algemeen kan er een onderscheid worden gemaakt tussen specifieke steunprojecten die doorgaans kunnen worden geëvalueerd in het licht van de in het EG-Verdrag vervatte bepalingen inzake verenigbaarheid in verband met herstructureringssteun en steun voor de cultuur en de algemene financieringsregelingen voor openbare omroeporganisaties. In laatstgenoemd geval zal bij de evaluatie doorgaans moeten worden uitgegaan van artikel 86, lid 2, (ex artikel 90) van het EG-Verdrag betreffende diensten van algemeen economisch belang, het Protocol bij het EG-Verdrag betreffende het publiekeomroepstelsel in de lidstaten en de onlangs bijgewerkte mededeling betreffende diensten van algemeen belang in Europa(1).

De Commissie erkent dat de openbare omroep een aantal belangrijke functies vervult in onze moderne samenlevingen: hij bevordert de culturele verscheidenheid in elk land, zorgt voor educatieve programma's en voor amusementprogramma's van goede kwaliteit, verstrekt een objectieve voorlichting aan het publiek en waarborgt pluralisme.

Zoals wordt verklaard in het Protocol(2), behoort het tot de bevoegdheid van iedere lidstaat om de publieke opdracht toe te kennen, te bepalen en te organiseren en te voorzien in het desbetreffende stelsel van financiering. De Commissie heeft de plicht erop toe te zien dat de overheidssteun aan openbare omroeporganisaties het handelsverkeer en de mededingingsvoorwaarden in de Gemeenschap niet zodanig verandert dat het gemeenschappelijk belang zou worden geschaad.

Om dit te bewerkstellingen moet de Commissie verifiëren dat er aan vier voorwaarden wordt voldaan: een mandaat inzake openbare dienst moet nauwkeurig zijn omschreven, het moet officieel worden toegewezen aan het openbaar bedrijf, de overheidssteun moet beperkt blijven tot de netto extra kosten die het mandaat inzake openbare dienst met zich meebrengt en de mededinging moet worden behouden.

De Commissie gaat na hoe een samenhangend kader voor de evaluatie van overheidssteun aan de openbare omroep kan worden vastgesteld teneinde alle marktdeelnemers rechtszekerheid te bieden.

(1) COM(2000) 580 def.

(2) In het Protocol wordt de overweging dat het publiekeomroepstelsel in de lidstaten rechtstreeks verband houdt met de democratische, sociale en culturele behoeften van iedere samenleving en met de noodzaak pluralisme in de media te behouden gevolgd door: De bepalingen van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap doen geen afbreuk aan de bevoegdheid van de lidstaten om te voorzien in de financiering van de publieke omroep, voor zover deze financiering wordt verleend aan omroeporganisaties voor het vervullen van de publieke opdracht zoals toegekend, bepaald en georganiseerd door iedere lidstaat, en voorzover deze financiering de voorwaarden inzake het handelsverkeer en de mededingingsvoorwaarden in de Gemeenschap niet zodanig verandert dat het gemeenschappelijk belang zou worden geschaad, waarbij rekening wordt gehouden met de verwezenlijking van de opdracht van deze publieke dienst.