Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3484/00 van Timothy Kirkhope (PPE-DE) aan de Raad. Handvest van grondrechten.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3484/00 van Timothy Kirkhope (PPE-DE) aan de Raad. Handvest van grondrechten.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3484/00

van Timothy Kirkhope (PPE-DE) aan de Raad

(13 november 2000)

Betreft: Handvest van grondrechten

Kan de Commissie naar aanleiding van de informele bijeenkomst van de Raad in Biarritz op 13 en 14 oktober 2000 en de discussies die op de tweede dag plaatsvonden, bevestigen dat het altijd zijn bedoeling is geweest dat het handvest van grondrechten wettelijk afgedwongen zou kunnen worden? Indien het hiertoe niet komt, welke status in wettelijk/constitutionele zin moet het handvest in de ogen van de Raad dan hebben?

Antwoord

(7 mei 2001)

De Raad herinnert de geachte afgevaardigde eraan dat, overeenkomstig de conclusies van de Europese Raad van Keulen van 3 en 4 juni 1999 en de werkzaamheden van de Europese Raad van Biarritz van 13 en 14 oktober 2000, de Raad samen met het Europees Parlement en de Commissie het ontwerp voor een Handvest van de grondrechten van de Unie, dat uit de werkzaamheden van de daartoe ingestelde Conventie is voortgekomen, plechtig heeft afgekondigd als het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. Deze proclamatie heeft plaatsgevonden op 7 december 2000 in Nice.

Conform de conclusies van de Europese Raad van Keulen moet nu worden nagegaan of, en in voorkomend geval hoe, het Handvest in de verdragen kan worden opgenomen.

Overeenkomstig de verklaring over de toekomst van de Unie die tijdens de Europese Raad van Nice is afgelegd, zal de kwestie van de status van het Handvest van de grondrechten van de EU worden behandeld in het kader van het proces dat in het verlengde van Nice van start is gegaan.