SCHRIFTELIJKE VRAAG E-4086/00 van Avril Doyle (PPE-DE) aan de Commissie. Kosten-batenbeoordeling.
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-4086/00 van Avril Doyle (PPE-DE) aan de Commissie. Kosten-batenbeoordeling.
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-4086/00
van Avril Doyle (PPE-DE) aan de Commissie
(10 januari 2001)
Betreft: Kosten-batenbeoordeling
De Commissie is verantwoordelijk voor de uitvoering van een kosten-batenanalyse van al haar voorstellen. In vier resoluties en een beschikking van de Raad wordt dit bevestigd. De kosten voor het
Europese bedrijfsleven van nalaten van een gedetailleerde kosten-batenanalyse van de effecten van EU-wetgeving zijn enorm. Kan de Commissie met het oog op bovenstaande uitgebreid toelichten waarom Commissievoorstellen, op een groot aantal beleidsterreinen, niet aan een kosten-batenanalyse worden onderworpen en welke concrete maatregelen zij in de relevante directoraten-generaal wil nemen om de situatie te verbeteren?
Kan zij ook een lijst voorleggen van de wetgevingsvoorstellen die tijdens het lopende parlementaire jaar zijn ingediend, d.w.z. sinds juli 1999, die zijn onderworpen aan een kosten-batenanalyse?
Antwoord van de heer Liikanen namens de Commissie
(20 februari 2001)
Het is het geachte parlementslid bekend dat het effectbeoordelingssysteem (BIA) voor het eerst in 1986 door de MKB-taskforce werd ontwikkeld en gebruikt en vervolgens in 1990 is gewijzigd en zijn huidige vorm heeft aangenomen. Na de herziening van de methodiek in 1990 werd besloten dat de effectbeoordeling moest worden uitgevoerd voor alle wetgevingsvoorstellen met een aanzienlijk effect op het bedrijfsleven. De beoordeling van dit effect wordt gezamenlijk verricht door de diensten die het voorstel opstellen en door de bij het voorstel betrokken diensten. Deze interne werkmethoden van de Commissie maken samen met het ruime overleg met externe belanghebbenden deel uit van het open en transparante Commissiebeleid dat in de richtsnoeren van de Commissie over het wetgevingsbeleid van januari 1996 is geformuleerd.
Hoewel het effectbeoordelingssysteem in de loop der jaren een nuttig hulpmiddel is gebleken om het effect van de wetgeving op het bedrijfsleven te beoordelen, zijn ook een aantal tekortkomingen van het systeem aan het licht gekomen.
Tegen deze achtergrond heeft de Commissie in september 2000 het proefproject effectbeoordelingssysteem (BIA-proefproject) op touw gezet. Dit project zal tot februari 2002 lopen en in het najaar 2001 zullen voorlopige conclusies worden getrokken. Het specifieke doel van het BIA-proefproject is de methodiek en de technieken van het effectbeoordelingssysteem te verbeteren en het systematische overleg met belangstellende partijen erin te integreren.
Het BIA-proefproject zal van toepassing zijn op enkele wetgevingsvoorstellen van het werkprogramma van de Commissie voor 2000 en 2001. Daarnaast zal ook worden nagaan hoe het effectbeoordelingssysteem momenteel wordt gebruikt en of de kosten-batenanalyse ter beoordeling van het effect van wetgevingsvoorstellen systematischer moet worden toegepast.
Hoewel het proefproject hoofdzakelijk gericht is op de verbetering van het systeem ter beoordeling van het effect van voorgestelde wetgeving op het bedrijfsleven, past het ook in de bredere discussie die momenteel binnen de Commissie over betere regelgeving wordt gevoerd naar aanleiding van het verzoek van de Europese Raad van Lissabon om een gemeenschappelijke strategie voor een verdere vereenvoudiging van het regelgevingskader uit te werken. Deze discussie gaat gepaard met overwegingen over een meer geïntegreerde werkwijze bij het analyseren van het effect van regelgeving, waarbij onder meer de effectbeoordelingen voor verschillende gebieden en groepen (bv. bedrijfsleven, consumenten, gezondheid, veiligheid en milieu) worden gecoördineerd. Deze ideeën worden eveneens besproken met het oog op het witboek over Europese governance.
Het bovengenoemde BIA-proefproject zal parallel met het bestaande en gebruikelijke effectbeoordelingssysteem lopen. Zowel het BIA-systeem als andere effectbeoordelingen die door de Commissie worden uitgevoerd zijn echter beperkt tot wetgevingsvoorstellen van de Commissie.
De Europese instellingen en de lidstaten erkennen dat een fundamentele mentaliteitsverandering in de aanpak van regelgeving en gedurende het hele besluitvormingsproces een gemeenschappelijke uitdaging voor de toekomst is.