Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0306/01 van Giorgio Celli (Verts/ALE) aan de Commissie. Besmetting met BSE.

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0306/01 van Giorgio Celli (Verts/ALE) aan de Commissie. Besmetting met BSE.

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0306/01 van Giorgio Celli (Verts/ALE) aan de Commissie. Besmetting met BSE.

Publicatieblad Nr. 187 E van 03/07/2001 blz. 0215 - 0216


SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0306/01

van Giorgio Celli (Verts/ALE) aan de Commissie

(2 februari 2001)

Betreft: Besmetting met BSE

Besmetting met BSE schijnt o.a. mogelijk te zijn doordat een door deze ziekte getroffen koe de prionen kan overdragen op haar kalf, dat daardoor al besmet ter wereld komt.

Kan de Commissie de volgende vragen beantwoorden:

1. Welke zekerheid biedt het testen van kalveren die ouder zijn dan 20 of 30 maanden?

2. Hoe groot is het percentage aan tests onderworpen dieren die ziek zijn en die door de mazen van het controlenet kunnen glippen?

3. Hoe betrouwbaar is het bericht dat de vorige zomer in Times is verschenen en waarin gewag wordt gemaakt van een kind dat geboren zou zijn met de BSE-ziekte, waarmee het tijdens de zwangerschap van de moeder besmet zou zijn?

Antwoord van de heer Byrne namens de Commissie

(22 maart 2001)

Volgens de wetenschappelijke adviezen waarover de Gemeenschap beschikt, wijzen epidemiologische studies erop dat nakomelingen van moederdieren met BSE (BSE =bovine spongiforme encephalopathie) binnen 12 maanden na het optreden van de klinische BSE-verschijnselen een met 10 % verhoogd risico op BSE hebben. Het is evenwel nog niet bekend hoe deze overdracht plaatsvindt en het is ook nog niet duidelijk of de overdracht van BSE van moederdieren bij vee langs de alom bekende weg plaatsvindt. Zelfs als er al sprake is van overdracht via het moederdier, dan nog gaat het om een verschijnsel dat vergeleken met de overdracht door voedermiddelen van geringe betekenis is.

De huidige BSE-tests worden gebruikt om klinische BSE-gevallen of met BSE besmette dieren vlak voor de klinische fase op te sporen. Daar het met de tests niet mogelijk is om de besmetting op een vroeg tijdstip in de incubatietijd vast te stellen, betekent een negatief testresultaat niet dat het dier niet besmet is. De meest belangrijke maatregel voor de volksgezondheid is dan ook specifieke BSE-risicomaterialen bij de slacht te verwijderen. Op het ogenblik kan niet worden vastgesteld hoeveel procent van de dieren met een negatief testresultaat daadwerkelijk besmet is.

De Commissie heeft met betrekking tot de derde vraag van de geachte afgevaardigde geen gegevens tot haar beschikking. Tot nu toe zijn er evenwel in geen enkel geval harde bewijzen voor dat op de mens overdraagbare spongiforme encephalopathie (TSE = transmissible spongiforme encephalopathy) van moeder op kind wordt overgedragen.