Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0708/01 van Helle Thorning-Schmidt (PSE) aan de Commissie. Werkomstandigheden van zwangere vrouwen.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0708/01 van Helle Thorning-Schmidt (PSE) aan de Commissie. Werkomstandigheden van zwangere vrouwen.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0708/01 van Helle Thorning-Schmidt (PSE) aan de Commissie. Werkomstandigheden van zwangere vrouwen.

Publicatieblad Nr. 318 E van 13/11/2001 blz. 0104 - 0104


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0708/01

van Helle Thorning-Schmidt (PSE) aan de Commissie

(8 maart 2001)

Betreft: Werkomstandigheden van zwangere vrouwen

Het Europees Parlement nam op 6 juli 2000 een tamelijk kritisch advies (A5-0155/2000) aan over de evaluering van de uitvoering in de praktijk van richtlijn 92/85/EEG(1) inzake de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en gezondheid op het werk van werkneemsters tijdens de zwangerschap, na de bevalling en tijdens de lactatie.

De regelgeving voor het arbeidsmilieu in de EU gaat uit van het beginsel dat het arbeidsmilieu zodanig moet zijn dat het geen verschil uitmaakt of een vrouwelijke werknemer zwanger is of niet. Dat is het uitgangspunt van de vaststelling in de richtlijn dat er een risicobeoordeling moet plaatsvinden bij zwangerschap.

Uit een artikel in het Deense blad Erhvervsbladet van 8 februari jl. blijkt dat vrouwelijke schilders die zwanger zijn bijna automatisch ziek gemeld worden, hoewel er in het schildersbedrijf slechts in een gering aantal gevallen verf wordt gebruikt die schadelijk voor de gezondheid kan zijn. Daarom komen consulenten van de gezondheidsdienst in hetzelfde artikel tot de conclusie dat men in de allermeeste gevallen een oplossing kan vinden voor de ergonomische problemen. De werkgevers in de schildersbranche klagen over deze situatie, omdat zij de arbeidskracht van de vrouwelijke schilders goed kunnen gebruiken.

De richtlijn is in algemene zin gebaseerd op het beginsel dat vrouwen niet het slachtoffer mogen worden van indirecte discriminatie als gevolg van zwangerschap of het geven van borstvoeding.

Welke initiatieven heeft de Commissie naar aanleiding van het advies van het Parlement genomen?

Is de Commissie het er niet mee eens dat de werkomstandigheden voor schilders zodanig zijn dat zwangere vrouwen niet méér dan andere groepen werknemers ziek behoeven te worden gemeld?

(1) PB L 348 van 28.11.1992, blz. 1.

Antwoord van mevrouw Diamantopoulou namens de Commissie

(26 april 2001)

De Commissie is het er met de geachte afgevaardigde volledig over eens dat zwangere vrouwen in de schildersbranche niet meer dan andere groepen werknemers ziek behoeven te worden gemeld.

In dit verband heeft de Commissie op 5 oktober 2000(1) een mededeling goedgekeurd over de richtsnoeren voor de evaluatie van chemische, fysische en biologische agentia alsmede van de industriële procédés welke geacht worden een risico te vormen voor de veiligheid of de gezondheid op het werk van de werkneemsters tijdens de zwangerschap, na de bevalling en tijdens de lactatie, op grond van Richtlijn 92/85/EEG van de Raad van 19 oktober 1992 inzake de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid op het werk van werkneemsters tijdens de zwangerschap, na de bevalling en tijdens de lactatie (tiende bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG).

De Commissie, die het grootste belang hecht aan de bescherming van de gezondheid en veiligheid van vrouwen op het werk, is van mening dat deze richtsnoeren een in hoofdzaak praktisch instrument vormen dat alle actoren op het gebied van de gezondheid op het werk (artsen, ingenieurs, deskundigen op het gebied van de arbeidshygiëne, enz.) kunnen gebruiken om hogere beschermingsniveaus tot stand te brengen.

Verder zal de Commissie in 2002 een verslag opstellen over de gezondheid en veiligheid op het werk van werkneemsters tijdens de zwangerschap, na de bevalling en tijdens de lactatie, op grond waarvan voorstellen tot wijziging van Richtlijn 92/85/EEG zullen worden bestudeerd.

(1) COM(2000) 466 def.