SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2391/01 van Christopher Huhne (ELDR) aan de Commissie. Werking van comités.
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2391/01 van Christopher Huhne (ELDR) aan de Commissie. Werking van comités.
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2391/01 van Christopher Huhne (ELDR) aan de Commissie. Werking van comités.
Publicatieblad Nr. 115 E van 16/05/2002 blz. 0071 - 0072
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2391/01
van Christopher Huhne (ELDR) aan de Commissie
(20 augustus 2001)
Betreft: Werking van comités
Kan de Commissie de verzekering geven dat het Comité verzekeringswezen en het Raadgevend comité voor het bankwezen zich altijd aan de beloften van openheid in de overeenkomsten en regelingen voor de werking van de comités gehouden hebben? Beschouwt ze de werkwijzen van die twee comités als aanbevelenswaardig model voor het Reglementeringscomité en het Comité voor de effectenhandel (de comités-Lamfalussy)?
Antwoord van de heer Bolkestein namens de Commissie
(17 oktober 2001)
Noch het comité voor het verzekeringswezen noch het raadgevend comité voor het bankwezen, die de Commissie bijstaan, heeft nieuwe bevoegdheden in het kader van een comitéprocedure uitgeoefend sinds de Raad op 28 juni 1999(1) zijn besluit inzake de werking van de comités goedkeurde. De Commissie zendt echter op vrijwillige basis de beknopte agenda van de vergaderingen van het comité aan het Parlement toe, evenals de notulen van de vergaderingen van het comité voor het verzekeringswezen. Tot op heden werden geen opmerkingen van het Parlement over de verstrekte informatie ontvangen.
Betreffende het raadgevend comité voor het bankwezen houdt de Commissie het Parlement ook op de hoogte van de herziening van de kapitaaltoereikendheidsvoorschriften voor het bankwezen tijdens de vergaderingen van de commissie economische en monetaire zaken.
Het Europees Comité voor het effectenbedrijf en het Comité van Europese effectenregelgevers daarentegen, die bij het Besluit van de Commissie van 6 juni 2001(2) zijn ingesteld als interne adviescomités, werken momenteel niet als comitologiecomités. Voor het Europees Comité voor het effectenbedrijf heef de Commissie wel een dergelijke rol voorgesteld op het gebied van prospectussen(3) en marktmisbruik(4). Zij hoopt dat beide voorstellen en alle toekomstige wetsvoorstellen ter uitvoering van
het actieplan voor financiële diensten van 1995(5) en het Lamfalussy-rapport van 2001 weldra zullen worden goedgekeurd in het kader van regelingen inzake openheid en transparantie, die voor alle instellingen aanvaardbaar zijn.
(1) Besluit van de Raad 1999/468/EG van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden, PB L 184 van 17.7.1999.
(2) Besluiten van de Commissie 2001/527/EG en 2001/528/EG van 6 juni 2001, PB L 191 van 13.7.2001.
(3) Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende het prospectus dat gepubliceerd moet worden wanneer effecten aan het publiek worden aangeboden of tot de handel worden toegelaten, PB C 240 E van 28.8.2001.
(4) Ontwerp richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende handel met voorkennis en marktmanipulatie (marktmisbruik), PB C 240 E van 28.8.2001.
(5) COM(1999) 630 def.