SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3018/01 van Caroline Lucas (Verts/ALE) aan de Commissie. Vervoer en gezondheid in de Alpenlanden Oostenrijk, Frankrijk en Zwitserland.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3018/01

van Caroline Lucas (Verts/ALE) aan de Commissie

(29 oktober 2001)

Betreft: Vervoer en gezondheid in de Alpenlanden Oostenrijk, Frankrijk en Zwitserland

Uit een recente, in het Britse medische tijdschrift The Lancet gepubliceerde studie blijkt dat er in 1996 in Oostenrijk, Frankrijk en Zwitserland ca. 22 000 mensen stierven als gevolg van de negatieve effecten van het vervoer op de gezondheid. Bijna 300 000 kinderen beneden de 15 jaar kregen acute bronchitis en meer dan 150 000 kinderen leden aan astma.

Kent de Commissie deze en andere studies, en welke conclusies verbindt de Commissie hieraan voor de toekomst van het Europese vervoersbeleid, in het bijzonder voor gevoelige gebieden als de Alpenregio?

Antwoord van mevrouw de Palacio namens de Commissie

(21 december 2001)

De Commissie is op de hoogte van de studie van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en een aantal soortgelijke studies, waarvan er een aantal door de Commissie zelf zijn gefinancierd, waarin de hoge maatschappelijke kosten van het vervoer worden onderzocht.

De studie van de Wereldgezondheidsorganisatie, die waardevolle nieuwe gegevens verschaft over de gevolgen voor de gezondheid van een van de belangrijkste bronnen van luchtvervuiling, is er een in een grote reeks van onderzoekresultaten op het gebied van de gezondheidseffecten die steeds groter wordt dankzij nationale, communautaire en andere internationaal gesteunde onderzoekprojecten. De Gemeenschap steunt momenteel tien projecten in het vijfde kaderprogramma voor onderzoek en technologische ontwikkeling (OTO) met een financiële bijdrage van ongeveer 12,5 miljoen. (Daarnaast wordt ook een aantal projecten gesteund op het gebied van allergie en astma). Het is de bedoeling dat deze projecten op het gebied van luchtvervuiling en gezondheid worden gecoördineerd met het CAFE-initiatief (Clean Air For Europe) door middel van een thematisch netwerk (Airnet) dat structureel is gekoppeld aan het kader voor beleidsvorming. De hoofdauteur van de WHO-studie is een van de partners in het netwerk.

In haar Witboek Het Europese vervoersbeleid tot het jaar 2010: tijd om te kiezen(1) van 12 september 2001 schenkt de Commissie veel aandacht aan de problemen van kwetsbare gebieden en geeft zij prioriteit aan modal shift en het oplossen van congestieproblemen, met name door het wegwerken van knelpunten. Deze kwestie, die niet beperkt is tot de Alpen, vormt een groot probleem voor de gehele Europese Unie.

De Commissie zal de resultaten van de studies bijgevolg gebruiken om beleidsmaatregelen uit te werken en uit te voeren om de negatieve effecten van het vervoer tegen te gaan, met name in kwetsbare gebieden. In dit verband zal voorrang worden gegeven aan de uitvoering van de reeks algemene maatregelen die zijn gepland, zoals grote investeringen, de invoering van instrumenten om de kosten van het vervoer beter in rekening te brengen en financieringsprogramma's zoals het nieuwe Marco Polo-programma voor financiële steun.

(1) COM(2001) 370 def.