SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3158/01 van Massimo Carraro (PSE) en Giovanni Pittella (PSE) aan de Commissie. Airbus.
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3158/01 van Massimo Carraro (PSE) en Giovanni Pittella (PSE) aan de Commissie. Airbus.
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3158/01 van Massimo Carraro (PSE) en Giovanni Pittella (PSE) aan de Commissie. Airbus.
Publicatieblad Nr. 115 E van 16/05/2002 blz. 0235 - 0235
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3158/01
van Massimo Carraro (PSE) en Giovanni Pittella (PSE) aan de Commissie
(14 november 2001)
Betreft: Airbus
De pers meldt dat Antonio Martino, Italiaans minister van Defensie, de intentie heeft uitgesproken om af te zien van de aankoop van 16 vliegtuigen van het type A400M dat door Airbus wordt gepland, wegens het geringe nut ervan.
Kan de Europese Commissie, gelet op haar eerdere mededelingen en de standpunten die over deze kwestie door de andere Europese instellingen zijn ingenomen, uitleggen hoe belangrijk de realisatie van dit militaire, tactische en logistieke transportvliegtuig is, in het kader van de ontwikkeling van de Europese defensie-industrie, alsmede in het ruimere kader van de totstandbrenging van een gemeenschappelijk Europees defensiebeleid?
Antwoord van de heer Liikanen namens de Commissie
(21 december 2001)
De Commissie heeft haar visie op de toekomst van de Europese defensie-industrie neergelegd in haar Mededelingen van 1996 en 1997(1).
In reactie op de afnemende vraag en de toenemende concurrentie is in de Europese defensie-industrie een herstructureringsproces van start gegaan. De industrie moet de gelegenheid krijgen dit noodzakelijke proces uit te voeren, en wanneer er sprake is van overlappende of elkaar aanvullende activiteiten te besluiten tot samenwerking of samenvoeging van deze activiteiten, om aldus haar concurrentiepositie te verbeteren. Hoewel de industrie de leiding van dit proces moet hebben, moeten de lidstaten en de Europese instellingen proberen het kader vast te stellen dat nodig is voor een goede werking van een Europese markt voor defensiematerieel.
Bij de activiteiten van de Commissie ligt het accent op de aanbodzijde, door maatregelen voor de totstandbrenging van een Europese markt voor defensiematerieel en voor gunstiger Europese defensieaankopen te bevorderen.
Aan de vraagzijde is de rol van de lidstaten en van andere multilaterale organisaties bijzonder belangrijk op gebieden als de harmonisatie van het tijdstip van aankoop en de eisen die aan het materieel worden gesteld, en de oprichting van een Europees bewapeningsagentschap voor de uitvoering van programma's met een Europese dimensie.
De Commissie stelt het op prijs dat gemeenschappelijke eisen steeds vaker leiden tot gemeenschappelijke programma's zoals A400M. Wanneer dit belangrijke Europese programma van start gaat, zal het, door de middelen van de grote Europese vliegtuigproducenten samen te brengen, een concrete aanzet leveren tot het ontstaan van een militaire Airbus-tak.
Dit is in overeenstemming met de beleidsdoelen van de Europese Raad van Helsinki, waar ook werd besloten te blijven streven naar harmonisatie van de militaire vereisten en van de planning en aankoop van wapens, overeenkomstig de wensen van de lidstaten.
(1) COM(96) 10 def. en COM(97) 583 def.