Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0796/01 van Geoffrey Van Orden (PPE-DE) aan de Raad. De functionering van het snel inzetbare reactiecorps.

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0796/01 van Geoffrey Van Orden (PPE-DE) aan de Raad. De functionering van het snel inzetbare reactiecorps.

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0796/01

van Geoffrey Van Orden (PPE-DE) aan de Raad

(14 maart 2001)

Betreft: De functionering van het snel inzetbare reactiecorps

Verleden weekeinde gaven Tony Blair en president Bush in Camp David een gezamenlijke persconferentie, nadat zij o.a. hadden gesproken over de gevolgen van het zgn. Europese Snelle Reactie Corps (ESRC). President Bush zei, met naast hem de Britse premier, dat laatstgenoemde had verzekerd dat er een gemeenschappelijk commando zou zijn, dat de planning van het ESRC in het kader van de Navo zou plaatsvinden en dat, mocht geen van de NAVO-leden op missie willen gaan, dit dan (mijn cursivering) een stimulans zou zijn voor de strijdkrachten om zelfstandig op te treden.

Op donderdag daarvoor deelde Tony Blair voor het Canadese parlement mede dat het Europese defensie-initiatief geen permanent leger is en dat er geen afzonderlijke EU-planningsstructuur komt.

Vindt de Raad dat deze interpretatie van de functionering van het ESRC overeenkomt met het verslag van het voorzitterschap over het Europese veiligheids- en defensiebeleid dat door de lidstaten in Nice is vastgesteld?

President Bush zei tevens dat hij tijdens de discussie het volste vertrouwen had in de mening van de Britse premier dat dit de NAVO-bondgenoten en -vrienden zou aanmoedigen om misschien hun defensiebegroting te verhogen.

Gelooft de Raad dat er voor dit alles een bewijs is?

Antwoord

(13 juli 2001)

Het vraagstuk van de planning, dat het geachte parlementslid bijzonder schijnt te interesseren, wordt geregeld overeenkomstig de besluiten van de Europese Raad van Nice; de strategische planning (d.w.z. de planningsactiviteiten die van start gaan zodra een crisis uitbreekt en eindigen met besluitvorming van de Europese Unie over een militaire strategische optie) gebeurt door de militaire staf van de Europese Unie.

Bij het ontwikkelen en prioriteren van militaire strategische opties kan de militaire staf in voorkomend geval een beroep doen op planningssteun van externe bronnen, meer bepaald de NAVO. Voor operaties die de inzet vereisen van middelen en vermogens van de NAVO zal de operationele planning binnen de NAVO gebeuren. Voor een EU-operatie zonder gebruikmaking van NAVO-middelen en -vermogens, zal de operationele planning worden uitgevoerd door een nationaal of multinationaal Europees hoofdkwartier.

De lidstaten hebben zich er ook toe verbonden hun vermogens verder te verbeteren. Het gaat nog maar om de beginfase; maar de vermogens worden nationaal en multinationaal verbeterd op een wijze die zonder het EVDB niet mogelijk zou zijn. In de voortgangscatalogus, waarvan de eerste versie aan het eind van het Zweedse voorzitterschap gereed moet zijn, worden vervolginitiatieven vastgesteld op punten waar vooruitgang nodig is. Een hoofdelement wordt de omschrijving van het in Nice geschetste evaluatiemechanisme, waarmee de kwantitatieve en kwalitatieve vorderingen kunnen worden beoordeeld die nodig zijn om het hoofddoel te bereiken.