Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2648/01 van Charles Tannock (PPE-DE) aan de Commissie. Rechtsgeldigheid van de richtlijnen tegen discriminatie.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2648/01 van Charles Tannock (PPE-DE) aan de Commissie. Rechtsgeldigheid van de richtlijnen tegen discriminatie.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2648/01

van Charles Tannock (PPE-DE) aan de Commissie

(28 september 2001)

Betreft: Rechtsgeldigheid van de richtlijnen tegen discriminatie

Afgezien van de ideologisch bepaalde vraag of het in een vrije samenleving wel aangewezen is dat de Europese Commissie of de nationale regeringen de werkgevers vertellen wie ze wel en niet moeten aannemen, en ook afgezien van de kosten van de naleving van de regels in termen van rechtszaken en doeltreffendheid: kan de Europese Commissie duidelijk verklaren of een bedrijf dat voor één van de rechtbanken moet verschijnen die opgericht worden op grond van de richtlijnen die op initiatief van commissaris Diamantopoulou tot stand gekomen zijn, wel of niet geacht wordt onschuldig te zijn en op grond van de wet mag verwachten dat het niet schuldig bevonden wordt aan overtreding van één van beide richtlijnen tenzij de overtreding duidelijk bewezen wordt, ook als het bedrijf zou verkiezen om niets tot zijn verdediging in te brengen; mocht die verwachting ongegrond zijn, hoe zijn de richtlijnen dan te verenigen met artikel 6, lid 2 van de Conventie voor de verdediging van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (1950), de geconsolideerde Verdragen, of inderdaad ook artikel 48, lid 1 van het Handvest van de grondrechten?

Kan de Europese Commissie ook duidelijk maken wie er met de oprichting van de bewuste rechtbanken belast is, en de verzekering geven dat de betreffende personen er geen ingebouwd belang bij hebben om vervolging in te stellen?

Antwoord van mevrouw Diamantopoulou namens de Commissie

(31 oktober 2001)

De Commissie wil er eerst op wijzen dat Richtlijn 2000/43/EG van de Raad van 29 juni 2000 houdende toepassing van het beginsel van gelijke behandeling van personen ongeacht ras of etnische afstamming(1) en Richtlijn 2000/78/EG van de Raad van 27 november 2000 tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep(2) op 29 juni respectievelijk 27 november 2000 door alle lidstaten unaniem zijn goedgekeurd ingevolge de sterke steun van het Parlement voor het voorstel van de Commissie.

Er zij op gewezen dat, zoals in Richtlijn 97/80/EG van de Raad van 15 december 1997 inzake de bewijslast in gevallen van discriminatie op grond van het geslacht(3), de bepalingen betreffende het delen van de bewijslast niet van toepassing zijn als de lidstaten kiezen voor de verlening van genoegdoening in gevallen van beweerde discriminatie via een strafrechtelijke procedure of via procedures waarbij het Hof of de bevoegde instantie de feiten onderzoeken. Aangezien artikel 6, lid 2, van de Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens alleen betrekking heeft op eenieder tegen wie een vervolging is ingesteld, bestaat er geen onverenigbaarheid met de richtlijnen.

Wat de laatste vraag van het geachte parlementslid over de oprichting van relevante rechtbanken betreft, stellen de kaderrichtlijnen algemene beginselen voor minimumnormen vast. De lidstaten zijn daarom vrij gebruik te maken van bestaande administratieve of gerechtelijke procedures om de slachtoffers van discriminatie genoegdoening te verlenen of een nieuwe procedure in te voeren, mits de goedgekeurde procedure aan de vereisten van de richtlijnen voldoet. De lidstaten hebben tot 19 juli 2003 de tijd om Richtlijn 2000/43/EG houdende toepassing van het beginsel van gelijke behandeling van personen

ongeacht ras of etnische afstamming om te zetten en tot 2 december 2003 om Richtlijn 2000/78/EG tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep om te zetten (met een mogelijkheid tot verlenging met extra drie jaar voor de bepalingen inzake discriminatie op grond van handicap en leeftijd).

(1) PB L 180 van 19.7.2000.

(2) PB L 303 van 2.12.2000.

(3) PB L 14 van 20.1.1998.