Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2755/01 van Jonas Sjöstedt (GUE/NGL) aan de Commissie. Vrijhandel met de 48 armste landen van de wereld.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2755/01 van Jonas Sjöstedt (GUE/NGL) aan de Commissie. Vrijhandel met de 48 armste landen van de wereld.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2755/01

van Jonas Sjöstedt (GUE/NGL) aan de Commissie

(9 oktober 2001)

Betreft: Vrijhandel met de 48 armste landen van de wereld

In maart 2001 werd een besluit genomen over vrijhandel, met een overgangsperiode, tussen de EU-landen en de 48 armste landen van de wereld.

Bestaat de mogelijkheid voor de EU om dit principebesluit te heroverwegen of ligt dit voor 100 procent vast? Als de mogelijkheid tot heroverweging bestaat, kan de Commissie dan een uitleg geven over de voorwaarden voor zo'n heroverweging?

Antwoord van de heer Mr Lamy namens de Commissie

(14 november 2001)

Op 28 februari 2001 heeft de Raad Verordening (EG) nr. 416/2001(1) vastgesteld tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2820/98 houdende toepassing, voor de periode van 1 januari 1999 tot en met 31 december 2001, van een meerjarenschema van algemene tariefpreferenties, zodat producten (behalve wapens en munitie) uit de minst ontwikkelde landen (de 48 armste landen) met vrijstelling van rechten en zonder kwantitatieve beperkingen in de Gemeenschap kunnen worden ingevoerd. Deze verordening wordt doorgaans the anything but arms (EBA-verordening) genoemd. Slechts voor de invoer van verse bananen, rijst en suiker is in een geleidelijke liberalisering voorzien: de invoer van deze producten zal eerst in 2009 volledig zijn geliberaliseerd.

De EBA-Verordening houdt dus een wijziging in van Verordening (EG) nr. 2820/98 van 21 december 1998 houdende toepassing, voor de periode van 1 januari 1999 tot en met 31 december 2001, van een meerjarenschema van algemene tariefpreferenties(2) (stelsel van algemene tariefpreferenties of SAP).

De EBA-verordening, als onderdeel van het SAP-stelsel, is een autonoom handelsbeleidinstrument tot verlening van ontwikkelingsgerichte preferenties. Het is een eenzijdige concessie van de Gemeenschap ten behoeve van de armste landen om de handelsmogelijkheden van deze landen te verruimen en hun deelname aan de wereldhandel te vergroten.

De EBA-verordening voorziet in een liberaliseringsproces dat in 2009 zal zijn voltooid. Volgens deze verordening zijn de bijzondere regelingen voor de minstontwikkelde landen niet onderworpen aan de periodieke herzieningen van het stelsel van algemene tariefpreferenties van de Gemeenschap. De datum waarop het huidige stelsel vervalt (31 december 2001) is daarom niet van toepassing op de bepalingen van de EBA-verordening.

(1) PB L 60 van 1.3.2001.

(2) PB L 357 van 30.12.1998.