Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0135/02 van Salvador Garriga Polledo (PPE-DE) aan de Commissie. Voorstellen van de Commissie aan de Europese Unie inzake de economische toekomst van Haïti.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0135/02 van Salvador Garriga Polledo (PPE-DE) aan de Commissie. Voorstellen van de Commissie aan de Europese Unie inzake de economische toekomst van Haïti.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0135/02 van Salvador Garriga Polledo (PPE-DE) aan de Commissie. Voorstellen van de Commissie aan de Europese Unie inzake de economische toekomst van Haïti.

Publicatieblad Nr. 277 E van 14/11/2002 blz. 0022 - 0022


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0135/02

van Salvador Garriga Polledo (PPE-DE) aan de Commissie

(31 januari 2002)

Betreft: Voorstellen van de Commissie aan de Europese Unie inzake de economische toekomst van Haïti

Haïti is een zeer arm land in Amerika. Het telt ongeveer 7 miljoen inwoners, het land is verwoest door de ontbossing en een beleid dat is gekenmerkt door corruptie en analfabetisme. Niettemin is er na het aantreden van Jean-Bertrand Aristide weer hoop ontstaan voor deze maatschappij zonder elektrisch licht, riolering of medische klinieken, zonder dat er van de door deze priester van de bevrijding beloofde welvaart veel terecht is gekomen.

Na de val van het regime-Duvalier en de in Aristide gestelde hoop maakt de recente plotselinge poging tot een staatgreep in het land duidelijk dat de internationale gemeenschap iets moet doen om dit land te helpen de armoede te bestrijden en een minder vruchtbare bodem te zijn voor staatsgrepen van totalitaire regimes.

Daarom is het nodig te weten wat de voorstellen van de Commissie zijn voor hulp aan Haïti om de armoede te bestrijden en weer op het democratische spoor te komen, zoals zoveel woordvoerders in de wereld voor dit land verlangen, en wat de toekomstige plannen zijn voor een ontwikkelingsprogramma op middellange en lange termijn.

Antwoord van de heer Nielson namens de Commissie

(14 maart 2002)

Na de parlementsverkiezingen die in 2000 werden gehouden heeft de Organisatie van Amerikaanse staten (OAS), die door de internationale gemeenschap belast was met de waarneming ervan, verschillende onregelmatigheden en gevallen van fraude geconstateerd in het verkiezingsproces. Ondanks verschillende verklaringen en stappen van de Unie hebben de Haïtiaanse autoriteiten geweigerd de uitslag van de verkiezingen in twijfel te trekken. De Raad heeft toen de regering van Haïti uitgenodigd voor overleg in het kader van artikel 96 van de Overeenkomst van Cotonou, om de situatie grondig te bestuderen en de regering van Haïti te vragen hoe zij ervoor wil zorgen dat de kernelementen van artikel 9 van de overeenkomst, en met name de beginselen met betrekking tot de democratie en de rechtstaat, geëerbiedigd worden.

Na dit overleg en gezien het feit dat de Haïtiaanse autoriteiten geen rekening houden met de door de Unie uitgesproken bezorgdheid heeft de Raad besloten een serie gepaste maatregelen te nemen met betrekking tot haar samenwerkingsbeleid met Haïti. De directe begrotingssteun voor de regering en de grote infrastructurele programma's zijn daarom opgeschort, maar een groot deel van het communautaire samenwerkingsprogramma is niet getroffen door dit besluit (sociale programma's, steun voor niet-gouvernementele organisaties (ngo's), etc).

Hierbij is het van belang te benadrukken dat deze maatregelen niet genomen zijn om het Haïtiaanse volk te benadelen. Daarom voorziet het besluit van de Raad van 24-25 januari 2002 in een geleidelijke hervatting van alle samenwerkingsinstrumenten zodra er een akkoord gesloten is tussen de coalitie die aan de macht is en de oppositie, en dit akkoord uitgevoerd is door onder andere het houden van parlements- en lokale verkiezingen.

De strijd tegen de armoede vormt de kern van het samenwerkingsbeleid van de Commissie op Haïti. Door middel van de beschikbare samenwerkingsinstrumenten en de dialoog tussen de financiers en de regering heeft de Commissie de opzet van duurzaam ontwikkelingsbeleid in het land bevorderd. De strijd tegen armoede kan echter alleen succesvol zijn als er sprake is van politieke stabiliteit. Daarom wordt de nadruk gelegd op het herstel van het democratische proces op Haïti.