Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1414/02 van Bart Staes (Verts/ALE) aan de Commissie. Meningitisbacterie in droge babyvoeding.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1414/02 van Bart Staes (Verts/ALE) aan de Commissie. Meningitisbacterie in droge babyvoeding.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1414/02 van Bart Staes (Verts/ALE) aan de Commissie. Meningitisbacterie in droge babyvoeding.

Publicatieblad Nr. 028 E van 06/02/2003 blz. 0104 - 0105


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1414/02

van Bart Staes (Verts/ALE) aan de Commissie

(23 mei 2002)

Betreft: Meningitisbacterie in droge babyvoeding

Onderzoekers van de Universiteit van Wageningen (Nederland) bevestigen dat de bacterie Enterobacter sakazakii (ook gekend onder de naam Yellow Pigmented Enterobacter Cloacae), die bij pasgeborenen en bejaarden meningitis kan veroorzaken, regelmatig gevonden is in droge babyvoeding. Op een of andere manier ziet deze bacteriesoort kans om in de sproeitorens te komen, waar de babyvoeding wordt gedroogd. De meeste andere ziekteverwekkende bacteriën, zoals Salmonella, zijn te voorkomen en te verwijderen door zeer strikte hygiëne in de fabriek. De Enterobacter sakazakii-bacterie echter niet.

Is de Commissie op de hoogte van dit probleem?

Kan zij meedelen of dit fenomeen reeds verantwoordelijk was voor de besmetting met meningitis van zuigelingen die droge babyvoeding gebruikten? Om hoeveel besmettingen gaat het in absolute en relatieve cijfers? Hoeveel zuigelingen stierven reeds aan meningitis nadat zij besmet waren met de Enterobacter sakazakii-bacterie die zich bevond in droge babyvoeding? Indien de Commissie niet over deze gegevens beschikt zal zij dan nader onderzoek laten verrichten?

Welke maatregelen zal de Commissie nemen om zo mogelijk besmetting met meningitis via droge babyvoeding in de toekomst uit te sluiten?

Kan de Commissie meedelen of het bovenstaande in acht genomen borstvoeding te verkiezen valt boven droge babyvoeding? Zo ja: welke actie zal de Commissie ondernemen om de Europese bevolking daarvan op de hoogte te brengen?

Antwoord van de heer Byrne namens de Commissie

(12 augustus 2002)

Eind april 2002 werd de Commissie op de hoogte gesteld van de dood van een zuigeling die in verband was gebracht met de consumptie van volledige zuigelingenvoeding waarin Enterobacter sakazakii was gevonden. Volgens de door de fabrikant verstrekte gegevens voldeed het betreffende product aan de nationale normen van de lidstaat van oorsprong en aan de internationale normen. De Commissie alarmeerde alle lidstaten via het snelle waarschuwingssysteem(1). Sinds de waarschuwing werd verstuurd via het snelle waarschuwingssysteem zijn bij de Commissie geen gevallen meer bekend van meningitis veroorzaakt door Enterobacter sakazakii.

De lidstaten beschikken ook over systemen voor de melding van ziektes en ze zijn verplicht gegevens kenbaar te maken en uit te wisselen via het communautair netwerk voor overdraagbare ziekten dat werd opgericht krachtens Beschikking 2119/98/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 september 1998 tot oprichting van een netwerk voor epidemiologische surveillance en beheersing van overdraagbare ziekten in de Europese Gemeenschap(2).

De Commissie is het er mee eens dat borstvoeding, wanneer ze mogelijk is en er geen contra-indicaties zijn, de beste voeding is voor zuigelingen en dat moeders zouden moeten worden aangemoedigd om borstvoeding te geven. Richtlijn 91/321/EEG van de Commissie van 14 mei 1991 inzake volledige zuigelingenvoeding en opvolgzuigelingenvoeding(3) bevat bepalingen die ervoor moeten zorgen dat in informatie over kindervoeding ten behoeve van zwangere vrouwen en moeders wordt gewezen op de voordelen en de superioriteit van borstvoeding. Op het etiket van de volledige zuigelingenvoeding zelf moet een verklaring staan over de superioriteit van borstvoeding. Dit jaar financiert de Commissie een project om activiteiten ter bevordering van borstvoeding in de Unie te evalueren en er normen voor op te stellen, met het oog op de ontwikkeling van strategieën en plannen voor de bevordering van borstvoeding op nationaal en lokaal niveau.

(1) Richtlijn 92/59/EEG van de Raad van 29 juni 1992 inzake algemene productveiligheid, PB L 228 van 11.8.1992.

(2) PB L 268 van 3.10.1998.

(3) PB L 175 van 4.7.1991.