Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1652/02 van Ioannis Marínos (PPE-DE) aan de Commissie. Voorspelling van aardbevingen.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1652/02 van Ioannis Marínos (PPE-DE) aan de Commissie. Voorspelling van aardbevingen.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1652/02 van Ioannis Marínos (PPE-DE) aan de Commissie. Voorspelling van aardbevingen.

Publicatieblad Nr. 301 E van 05/12/2002 blz. 0204 - 0205


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1652/02

van Ioannis Marínos (PPE-DE) aan de Commissie

(11 juni 2002)

Betreft: Voorspelling van aardbevingen

Op 23 mei 2002 ontstond in Griekenland grote opschudding naar aanleiding van een in de Griekse kranten gepubliceerd verslag van de heer Pazachos, Grieks hoogleraar seismologie. Volgens dit verslag lopen vier gebieden in Griekenland het risico getroffen te worden door een grote aardbeving in de periode tot de herfst van 2004. Deze vermaarde Griekse professor zegt in zijn verslag dat zich op korte termijn een grote aardbeving kan voordoen in het gebied tussen Kreta en de Peloponnesos, de Dodekanesos, het oostelijk gedeelte van de Egeïsche Zee en het grensgebied tussen Griekenland, Albanië en de FYROM.

Commissaris Busquin heeft in zijn antwoord op mijn vraag (E-0799/01)(1) aangegeven dat het project met betrekking tot de voorspelling van aardbevingen, PRENLAB genaamd, gefinancierd werd door de Commissie, evenals de SM-Site (Ontwikkeling van centra en infrastructuur voor de

monitoring van spanningen met het oog op het voorspellen van aardbevingen). Dit was een project in het kader van het vijfde kaderprogramma (1998-2002), waaraan de Gemeenschap voor 1,3 miljoen euro heeft bijgedragen. Is de Commissie van plan in de nabije toekomst geld beschikbaar te stellen voor een project of een netwerk voor aardbevingvoorspelling in Griekenland, en zo ja, voor welk project, wanneer en met hoeveel middelen? Wat is uw mening over het verslag van de Griekse hoogleraar seismologie?

(1) PB C 340 van 4.12.2001, blz. 95.

Antwoord van de heer Busquin namens de Commissie

(8 juli 2002)

Onderzoek op het gebied van aardbevingen vormt nog steeds een belangrijke prioriteit voor de Commissie.

De evaluatie van het risico op aardschokken, met inbegrip van het inzicht in mechanismen die aardbevingen veroorzaken en de analyse- en bewakingsmethoden met betrekking tot met aardbevingen samenhangende verschijnselen, is een van de prioriteiten van het zesde kaderprogramma voor onderzoek en technologische ontwikkeling en wordt behandeld in het kader van het onderdeel Duurzame ontwikkeling, klimaatverandering en ecosystemen.

Teneinde de resultaten welke met de door de Commissie gefinancierde projecten zijn bereikt ten nutte te maken en te verspreiden, is in november 2000 het initiatief Gemeenschap-MEDIN (Mediterranean Disaster Information Network) opgezet. Dit initiatief heeft ten doel de coördinatie van de wetenschappelijke gemeenschap, de risicopreventie en de communicatie te verbeteren en een snellere uitwisseling van informatie tot stand te brengen.

Er is veeleer gekozen voor een bijdrage tot de preventie van het risico op aardschokken dan op de voorspelling van aardbevingen op korte termijn, meer bepaald omdat dit laatste als weinig betrouwbaar wordt beschouwd en aanleiding kan geven tot belangrijke economische en maatschappelijke beroering. De Commissie heeft ook een aantal projecten opgezet ter beleidsondersteuning in gevallen van noodinterventies bij grote aardbevingen.

Om de laatste stand op te maken van de kennis op het gebied van de voorspelling en preventie van het risico op aardschokken zal in april 2003 een seminarie plaatsvinden in het kader van het initiatief Gemeenschap-MEDIN. De vergadering zal plaatshebben in de gebouwen van het seismologisch instituut ITSAK in Thessaloniki (Griekenland). De meest vooraanstaande Europese wetenschappers op het gebied van aardbevingen zullen op de vergadering aanwezig zijn.

Wat het verslag van professor Papazachos betreft, moet de Commissie opmerken dat zij zich niet uitspreekt over de wetenschappelijke waarde van afzonderlijke rapporten.