Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3154/02 van Avril Doyle (PPE-DE) aan de Commissie. Arseen in diervoeders.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3154/02 van Avril Doyle (PPE-DE) aan de Commissie. Arseen in diervoeders.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3154/02 van Avril Doyle (PPE-DE) aan de Commissie. Arseen in diervoeders.

Publicatieblad Nr. 110 E van 08/05/2003 blz. 0175 - 0175


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3154/02

van Avril Doyle (PPE-DE) aan de Commissie

(5 november 2002)

Betreft: Arseen in diervoeders

In afwachting van de evaluatie door het Wetenschappelijk comité voor de diervoeding (waarschijnlijk in december 2002) ondervindt de fabriek Arramara Teo in Kilkieran in Connemara (Ierland) zeer negatieve gevolgen van de nieuwe wetgeving die in augustus 2003 van kracht gaat worden. In concreto zal een groot aantal full-timebanen verloren gaan en zullen 700 zeewiersnijders met een ernstige inkomensdaling worden geconfronteerd.

Kan de Commissie een onderscheid maken tussen in de natuur voorkomend organisch arseen en inorganisch arseen, en kan de Commissie ingaan op het meten van arseen als een additief boven het basisgehalte en met name iets zeggen over zeewier als voeding?

Antwoord van de heer Byrne namens de Commissie

(12 december 2002)

Richtlijn 96/25/EG van de Raad van 29 april 1996 betreffende het verkeer en het gebruik van voedermiddelen(1) bevat een niet-exclusieve lijst van de belangrijkste voedermiddelen die voor de bereiding van mengvoeders gebruikt en in de handel gebracht mogen worden. Op deze lijst staat het voedermiddel gedroogd zeewier, verkregen door het drogen en malen van zeewier, vooral bruinwieren.

Richtlijn 1999/29/EG van de Raad van 22 april 1999 inzake ongewenste stoffen en producten in diervoeding(2) stelt een maximumgehalte voor arseen vast van 2 milligram per kilogram (mg/kg) in voedermiddelen, waaronder gedroogd zeewier, en in mengvoeders, en een gehalte van 4 mg/kg in aanvullende diervoeders. Het maximumgehalte geldt voor totaal arseen aangezien er geen analysemethode voor officiële controle beschikbaar is waarmee op routinebasis het sterker toxische anorganisch arseen van het minder toxische organisch arseen kan worden onderscheiden.

Zeewier dat niet aan het maximumgehalte voor arseen voldoet, mag overeenkomstig Richtlijn 1999/29/EG onder strikte voorwaarden nog wel voor de bereiding van mengvoeders worden gebruikt. Het aldus geproduceerde mengvoeder moet dan wel aan het maximumgehalte voldoen.

Volgens Richtlijn 2002/32/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 mei 2002 inzake ongewenste stoffen in diervoeding(3), die Richtlijn 1999/29/EG vervangt, is deze werkwijze (verdunnen) echter met ingang van 1 augustus 2003 niet langer toegestaan.

Met betrekking tot Richtlijn 2002/32/EG heeft de Commissie in de Raad verklaard zo mogelijk vóór 1 augustus 2003 de maximumgehalten opnieuw te bezien aan de hand van geactualiseerde wetenschappelijke risicobeoordelingen en met inachtneming van het verbod op het verdunnen van niet-conforme verontreinigde producten bedoeld voor diervoeding.

De Ierse autoriteiten hebben de Commissie informatie verstrekt over de aanwezigheid van arseen in gedroogd zeewier en de Commissie zal met deze informatie rekening houden bij de herziening van de huidige maximumgehalten voor arseen in voedermiddelen, waaronder gedroogd zeewier, en in mengvoeders.

(1) PB L 125 van 23.5.1996.

(2) PB L 115 van 4.5.1999.

(3) PB L 140 van 30.5.2002.