Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3254/02 van Konstantinos Hatzidakis (PPE-DE) aan de Commissie. Hoge concentraties zwevende deeltjes in Athene en Thessaloniki.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3254/02 van Konstantinos Hatzidakis (PPE-DE) aan de Commissie. Hoge concentraties zwevende deeltjes in Athene en Thessaloniki.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3254/02 van Konstantinos Hatzidakis (PPE-DE) aan de Commissie. Hoge concentraties zwevende deeltjes in Athene en Thessaloniki.

Publicatieblad Nr. 155 E van 03/07/2003 blz. 0119 - 0120


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3254/02

van Konstantinos Hatzidakis (PPE-DE) aan de Commissie

(19 november 2002)

Betreft: Hoge concentraties zwevende deeltjes in Athene en Thessaloniki

In de Griekse pers is bericht dat in het kader van een onderzoek dat de Europese organisatie Earlinet op kosten van de Europese Unie in 19 Europese grote steden uitvoert, de hoogste concentraties zwevende deeltjes in Athene en Thessaloniki zijn gemeten.

Kan de Commissie meedelen waaraan deze verhoogde concentraties te wijten zijn, welke risico's zij opleveren voor de volksgezondheid en welke stappen zijzelf op basis van het Gemeenschapsrecht heeft ondernomen om het probleem aan te pakken?

Antwoord van mevrouw Wallström namens de Commissie

(7 januari 2003)

In de lucht zwevende deeltjes kunnen zowel primair als secundair van aard zijn. In de meeste Europese landen betekenen industrialisatie en veel verkeer dat antropogene bronnen primeren, vooral in stedelijke gebieden, en bronnen van antropogene deeltjes zijn gelijkaardig over heel Europa. De meest significante zijn het verkeer, industriële activiteiten, verbrandingsbronnen (industriële en huishoudens), door de mens ontstoken bosbranden en mechanische afschuring. Voor dichtbevolkte en sterk geïndustrialiseerde gebieden zoals Athene en Thessaloniki vormen de bovenvermelde bronnen de belangrijkste oorzaken voor hoge concentraties aan fijne deeltjes.

Er zijn steeds meer bewijzen die erop wijzen dat fijne deeltjes schadelijke gevolgen hebben voor de menselijke gezondheid, dat ze voortijdige sterfgevallen veroorzaken en dat ze de kwaliteit van het leven verminderen door aandoeningen van de luchtwegen zoals astma te verergeren. De Commissie heeft de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) onlangs verzocht om het advies inzake de gevolgen van luchtvervuiling, met inbegrip van zwevende deeltjes, voor de menselijke gezondheid aan te passen en de resultaten van deze herziening zullen in het voorjaar van 2003 beschikbaar zijn.

Bestaande wetgeving(1) bepaalt nieuwe en hooggegrepen lange- en kortetermijn-grenswaarden (jaarlijkse en dagelijkse gemiddelden) voor QM10 (massaconcentratie van deeltjes met een diameter van minder dan 10 µm) in de lucht waar men zich vanaf 2005 aan moet houden. Bovendien stellen verschillende richtlijnen grenswaarden vast voor de uitstoot van deeltjes van specifieke bronnen zoals het wegverkeer.

Om de mogelijkheid van verdere actie na te gaan, heeft de Commissie in mei 2001 het programma Schone lucht voor Europa (CAFE) ingevoerd. De zwevende deeltjes werden beschouwd als een van de belangrijkste problemen die moeten worden aangepakt. Naast de herziening van de WGO zijn tot op heden verschillende andere initiatieven op het gebied van zwevende deeltjes in het CAFE-programma opgenomen.

Bijvoorbeeld:

- een basisscenario en geïntegreerde evaluatiemodellen die de verschillende opties tonen van mogelijke maatregelen ter controle van luchtvervuiling en die zo een basis vormen voor het definitieve beleidsadvies;

- een CAFE-werkgroep voor zwevende deeltjes, bestaande uit deskundigen van verschillende belanghebbenden die aanbevelingen zullen geven inzake mogelijke toekomstige doelen voor zwevende deeltjes.

(1) Richtlijn 1999/30/EG van de Raad van 22 april 1999 betreffende grenswaarden voor zwaveldioxide, stikstofdioxiden en stikstofoxiden, zwevende deeltjes en lood in de lucht, PB L 163 van 29.6.1999.