Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3618/02 van Erik Meijer (GUE/NGL) aan de Commissie. Verstoring milieubeleid door aanbod van uiterst goedkoop luchtverkeer op een korte route binnen de EU door een luchtvaartmaatschappij van buiten Europa.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3618/02 van Erik Meijer (GUE/NGL) aan de Commissie. Verstoring milieubeleid door aanbod van uiterst goedkoop luchtverkeer op een korte route binnen de EU door een luchtvaartmaatschappij van buiten Europa.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3618/02 van Erik Meijer (GUE/NGL) aan de Commissie. Verstoring milieubeleid door aanbod van uiterst goedkoop luchtverkeer op een korte route binnen de EU door een luchtvaartmaatschappij van buiten Europa.

Publicatieblad Nr. 161 E van 10/07/2003 blz. 0113 - 0114


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3618/02

van Erik Meijer (GUE/NGL) aan de Commissie

(16 december 2002)

Betreft: Verstoring milieubeleid door aanbod van uiterst goedkoop luchtverkeer op een korte route binnen de EU door een luchtvaartmaatschappij van buiten Europa

1. Heeft de Commissie kennis genomen van het feit dat de luchtvaartmaatschappij VARIG Brasilian Airlines via reisbureaus en internet passagiers werft tussen de Europese luchthavens Schiphol bij Amsterdam en Charles de Gaulle bij Parijs voor een prijs van 19 euro per persoon voor een enkele reis zonder beperkende bepalingen met verstrekking van een drankje en een snack onderweg?

2. Kan VARIG aan het feit dat met een Boeing 777, die 281 plaatsen bevat, dagelijks wordt gevlogen op een lijndienst van Sao Paulo via Parijs naar Amsterdam, automatisch het recht ontlenen om binnen de EU aanbiedingen te doen tegen een dumpprijs, die 75 % lager is dan die van andere luchtvaartmaatschappijen en ook beneden het tarief van de frequent bereden hogesnelheidsspoorlijn op die route?

3. Wat zijn de gevolgen van deze dumpprijzen voor de realiseerbaarheid van het in uw mededeling Luchtvervoer en het Milieu(1) bepleite en ook in uw Witboek gehandhaafde streven naar een beperking van de druk op luchthavens en luchtruim door het aanleggen en in stand houden van een Europees net van snelle treinverbindingen voor de middellange afstanden?

4. Rekent u de in vraag 1 bedoelde gang van zaken nog tot een normaal functionerend marktmechanisme, het principe van vrije verlening van vervoersdiensten en complementaire elementen in de vervoersketen, zoals bedoeld in uw antwoord op mijn schriftelijke vraag E-3387/00(2) of bent u van oordeel dat nu toch wel de grens van het aanvaardbare wordt overschreden?

5. Welke mogelijkheden heeft u om dergelijke verstorende activiteiten te beëindigen? Bent u voornemens om die mogelijkheden te gebruiken?

6. Indien die mogelijkheden vooralsnog ontbreken, bent u dan voornemens om het initiatief te nemen tot een regeling die ingrijpen mogelijk maakt?

(1) COM(1999) 640 def.

(2) PB C 174 E van 19.6.2001, blz. 45.

Antwoord van mevrouw de Palacio namens de Commissie

(17 februari 2003)

De handelspraktijken van genoemde luchtvaartmaatschappij op de route Parijs-Amsterdam waren de Commissie niet bekend vóór de vraag van het geachte parlementslid.

Het recht van Varig om te vliegen op bovengenoemde intracommunautaire route is gegrond op bilaterale overeenkomsten tussen enerzijds Brazilië en anderzijds Frankrijk en Nederland. Dergelijke overeenkomsten, die door de lidstaten zelf worden gesloten, kunnen bepalingen bevatten die onverenigbaar zijn met het gemeenschapsrecht. De Commissie heeft geen directe bevoegdheid over de door niet-communautaire luchtvaartmaatschappijen gehanteerde en op bilaterale overeenkomsten gebaseerde tarieven. De Commissie werkt eraan om dergelijke overeenkomsten in overeenstemming te brengen met het gemeenschapsrecht. Haar actie op dit gebied kreeg onlangs ondersteuning vanwege het Hof van Justitie dat in zijn Open skies-arresten(1) van 5 november 2002 heeft bevestigd dat intracommunautaire tarieven tot de exclusieve bevoegdheid van de Gemeenschap behoren(2). De Commissie zal de nodige voorstellen indienen om te komen tot een nieuwe generatie overeenkomsten op communautair niveau die een volledige compatibiliteit met het communautaire kader moeten waarborgen. Zij zal de Raad verzoeken haar daartoe een nieuw onderhandelingsmandaat te verlenen.

Gezien de beperkte omvang van dit type intracommunautaire operaties bevat de mededeling Luchtvervoer en het milieu(3) geen expliciete bespreking van de milieueffecten van de uitoefening door niet-communautaire luchtvaartmaatschappijen van verkeersrechten binnen de Unie. Het communautaire acquis inzake de milieueisen voor het luchtvervoer, alsook de toekomstige maatregelen ter bevordering van het intermodaal vervoer, binden evenwel ook de maatschappijen uit derde landen.

De Commissie blijft voortwerken aan een verdere harmonisering van de belastings- en heffingsbeginselen voor alle vervoerswijzen, zoals geschetst in haar recente witboek Het Europese vervoersbeleid tot het jaar 2010: tijd om te kiezen(4). In dat verband herinnert zij ook opnieuw aan haar voorstel uit 1997 voor een richtlijn van de Raad tot herstructurering van de communautaire regeling voor de belasting van energieproducten(5); dit voorstel is nog steeds hangende bij de Raad van Ministers.

De economische regelgeving op de markt van het luchtvervoer gaat, zoals door de Commissie uiteengezet in haar antwoord op schriftelijke vraag E-3387/00(6), vergezeld van een reeks andere op de exploitanten rustende verplichtingen inzake de versterking van de veiligheid en beveiliging van en het toezicht op het luchtvervoer, alsmede inzake de verbetering van de milieueffecten. De Commissie zal erover waken het communautaire acquis op die gebieden verder te ontwikkelen op basis van een algemene benadering van het vervoerbeleid, zoals onlang gepresenteerd in haar witboek Het Europese vervoersbeleid tot het jaar 2010: tijd om te kiezen(7).

(1) Zaken C-466/98, C-467/98, C-468/98, C-469/98, C-471/98, C-472/98, C-475/98 en C-476/98 van de Commissie tegen het Verenigd Koninkrijk, Denemarken, Zweden, Finland, België, Luxemburg, Oostenrijk en Duitsland.

(2) Mededeling van de Commissie over de gevolgen van de arresten van het Hof van 5 november 2002 inzake het Europese luchtvervoersbeleid, COM(2002) 649.

(3) COM(1999) 640 def.

(4) COM(2001) 370 def.

(5) PB C 139 van 6.5.1997.

(6) PB C 174 van 19.6.2001.

(7) COM(2001) 370 def.