SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0160/02 van Cristiana Muscardini (UEN) aan de Commissie. Variant van hemoglobine (HbC) als bescherming tegen malaria.
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0160/02 van Cristiana Muscardini (UEN) aan de Commissie. Variant van hemoglobine (HbC) als bescherming tegen malaria.
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0160/02
van Cristiana Muscardini (UEN) aan de Commissie
(1 februari 2002)
Betreft: Variant van hemoglobine (HbC) als bescherming tegen malaria
Volgens een bericht in het weekblad Panorama van 17 januari 2002 hebben enkele onderzoekers van de Universiteit La Sapienza in Rome onder leiding van David Modiano ontdekt dat HbC, een genetische variant van hemoglobine, bescherming biedt tegen de ernstigste vormen van malaria.
Het onderzoek, dat werd uitgevoerd onder ruim 4000 leden van de bevolkingsgroep van de Mossi in Burkina Faso, heeft uitgewezen dat de kans om malaria te krijgen bij heterozygoten van deze groep (bij wie het gemuteerde gen slechts op een van de chromosomen aanwezig is) met 29 % afneemt en bij homozygoten (bij wie de genen op beide chromosomen gemuteerd zijn) met 90 %. Dit is de eerste maal dat een genetische mutatie gunstig blijkt te zijn voor homozygoten. De onderzoekers menen dat in dit gebied deze variant van hemoglobine de andere varianten uiteindelijk zal vervangen.
Naast het feit dat dit onderzoek van fundamenteel belang is, zij ook vermeld dat in Europa tropische ziekten weer de kop opsteken.
1. Is de Commissie op de hoogte van deze onderzoeken?
2. Wat is de incidentie van deze ziekte in de EU?
3. Heeft de Commissie onderzoek op dit terrein gefinancierd?
4. Zo ja, acht zij het wenselijk de resultaten van dit onderzoek te erkennen?
5. Welke initiatieven denkt zij te nemen om de Afrikaanse bevolking te hulp te komen die nog steeds door malaria wordt getroffen?
Antwoord van de heer Busquin namens de Commissie
(22 maart 2002)
1. De Commissie is terdege op de hoogte van het door het geachte parlementslid genoemde onderzoek, aangezien zij het gedeeltelijk heeft gefinancierd als project IC18-CT98-0361 waarin onderzoekers uit Italië samenwerkten met Britse, Zweedse, Malinese en Burkinese groepen. De financiering gebeurde in het kader van het programma voor internationale samenwerking van het Vierde Kaderprogramma voor onderzoek en technologische ontwikkeling en de bijdrage van de Gemeenschap bedroeg 490 000 EUR.
2. Tussen 1995 en 1999 is het aantal bekende malariagevallen in de Gemeenschap met 49 % gestegen tot in totaal 12 758 bekende gevallen (99 % geïmporteerd en slechts enkele inheemse gevallen) in 1999. Malaria in de Gemeenschap wordt vooral gekenmerkt door een gestage toename van malariapatiënten die afkomstig zijn uit tropische en subtropische landen waar de ziekte endemisch is. Malaria blijkt weer de kop op te steken in de Nieuwe Onafhankelijke Staten in de Kaukasus en Centraal-Azië en het endemisch niveau in Turkije varieert. Deze toename wordt veroorzaakt door de voortdurende stijging van het aantal internationale reizen (zie de mededeling van de Wereldorganisatie voor Toerisme van 1998), de uitbreiding van deze reizen naar gebieden met een hoge besmettingsgraad en het feit dat methodes voor individuele bescherming vaak niet in acht worden genomen. Duitsland, Frankrijk, Italië en het Verenigd Koninkrijk zijn de lidstaten van de Gemeenschap waar malaria het meest voorkomt (een overzichtstabel met de situatie in de lidstaten wordt rechtstreeks aan het geachte parlementslid en het Secretariaat-generaal van het Parlement toegezonden).
3. De Commissie is een van de belangrijkste geldschieters voor het onderzoek naar malaria en wil dit ook blijven. In het verleden zijn meer dan 100 projecten gefinancierd.
4. Elke bijdrage tot de kennis omtrent de fysiopathologie en de biologische grondslagen van malaria kan in de context van het huidige werk om malaria te bestrijden van grote waarde blijken te zijn. Het onderzoek wordt echter steeds meer gericht op de ontwikkeling van effectieve ingrepen zoals vaccinatie en gemakkelijk toegankelijke therapieën.
5. De Commissie geeft aanzienlijke ondersteuning aan de verbetering van de gezondheidszorg in Afrikaanse landen door steun aan projecten, sectoren en de algemene middelen. Daardoor kunnen deze landen betere preventie en zorg verstrekken voor de bestrijding van malaria, die een sleutelrol speelt in de nationale strategie voor de gezondheidszorg in Afrika. De Commissie voert ook een programma uit voor versnelde maatregelen tegen ziekten die aan armoede gerelateerd zijn, zoals hiv/aids (humaan immuundeficiëntievirus/verworven immuundeficiëntiesyndroom), tuberculose (tbc) en malaria. Dit programma tracht te zorgen voor een verbetering van de effecten van bestaande erkende therapieën (vooral door te zorgen voor een goede toegankelijkheid van effectieve behandelingen tegen malaria en een intensief gebruik van muskietennetten die met insecticiden behandeld zijn), een betere toegang tot betaalbare geneesmiddelen en uitbreiding van onderzoek en ontwikkeling op het gebied van nieuwe generaties geneesmiddelen en vaccins. De Commissie is nauw betrokken geweest bij de instelling van het mondiale fonds voor de bestrijding van hiv/aids, tbc en malaria en heeft zitting in de raad van beheer. Voor dit nieuwe financieringsinstrument is tot op heden een bedrag van 1,9 miljard dollar toegezegd (de Gemeenschap heeft in eerste instantie 120 miljoen euro toegezegd).
Naar verwachting zullen de landen in 2002 kunnen beschikken over nog eens 500-700 miljoen dollar en zullen de eerste bedragen in april 2002 worden aangekondigd. Veel van dit geld zal worden besteed aan de bestrijding van malaria in Afrika.