Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0192/02 van Giuseppe Pisicchio (PPE-DE) aan de Commissie. Bijzondere steun aan de Italiaanse landbouw.

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0192/02 van Giuseppe Pisicchio (PPE-DE) aan de Commissie. Bijzondere steun aan de Italiaanse landbouw.

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0192/02

van Giuseppe Pisicchio (PPE-DE) aan de Commissie

(30 januari 2002)

Betreft: Bijzondere steun aan de Italiaanse landbouw

De uitzonderlijke weersomstandigheden van de lange en nog niet voorbije winter van 2001/2002 en de ongebruikelijke combinatie van langdurige droogte en temperaturen onder het vriespunt hebben in Midden- en Zuid-Europa, en vooral in Italië, geleid tot zeer zorgwekkende situaties.

Deze zorgwekkende toestand is voor bepaalde herfst- en winterproducties van de landbouw een ware noodsituatie geworden. Deze producties vormen vooral in Zuid-Italië het belangrijkste onderdeel van de primaire sector.

Er wordt geraamd dat de groenten- en fruitproductie in Apulië, één van de meest getroffen gebieden, op dramatische wijze is ineengestort, aangezien er sprake is van een vermindering van minimaal 20 % tot maximaal 60 %, terwijl de productie in de sector tarwe en artisjokken, de voornaamste gewassen in dit gebied, zelfs met 80 % is verminderd; de verliezen worden tot op heden geraamd op minstens 100 miljoen.

Deze sterke productievermindering heeft geleid tot enorme en onaanvaardbare stijgingen van de consumentenprijzen, met als gevolg een zodanige inflatie dat de gerechtelijke autoriteit erdoor gealarmeerd is.

Acht de Commissie het niet nodig, gezien de ernst van de toestand, bijzondere steun te moeten verlenen om het hoofd te kunnen bieden aan deze rampzalige situatie in de landbouwsector van belangrijke EU-landen, een sector die wegens de aard van de productie blootgesteld is aan de risico's van de weersomstandigheden, waarmee in de huidige Europese regelgeving geen enkele rekening wordt gehouden?

Antwoord van de heer Fischler namens de Commissie

(20 februari 2002)

De Commissie heeft nog geen officiële informatie over de gevolgen van de buitengewone weersomstandigheden in Italië ontvangen.

Gezien de omvang van de schade, kan overeenkomstig de geldende communautaire bepalingen specifieke steun die op communautair niveau wordt medegefinancierd door de afdelingen Garantie en Oriëntatie van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL), worden verleend voor het herstel van het agrarische productiepotentieel dat is beschadigd door die weersomstandigheden, die als een natuurramp kunnen worden beschouwd.

In het kader van de programma's voor plattelandsontwikkeling wat de niet onder doelstelling 1 vallende regio's betreft, en voorts in het kader van de regionale operationele programma's kunnen de Italiaanse regio's op grond van artikel 33, 12e streepje, van Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen(1) acties voor het herstel van door een natuurramp beschadigd agrarisch productiepotentieel en het treffen van passende preventieve voorzieningen indienen. Sommige Italiaanse regio's hebben deze mogelijkheid trouwens reeds in hun programma's opgenomen met het oog op schade die is veroorzaakt door verschillende natuurrampen uit het verleden.

In deze context is de Commissie beschikbaar om, met inachtneming van de grenzen die door de regelgeving en de financiële mogelijkheden worden gesteld, eventuele voorstellen van de Italiaanse autoriteiten te onderzoeken.

De betrokken steun uit het EOGFL kan echter uitsluitend worden verleend voor investeringen in het productiepotentieel, en niet voor het dekken van inkomensverliezen. Wat deze laatste betreft, kan eventueel nationale steun worden verleend na goedkeuring door de Commissie overeenkomstig de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag betreffende staatssteun.

(1) PB L 160 van 26.6.1999.