Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1240/02 van Theresa Zabell (PPE-DE) aan de Commissie. Een andere luchtvaartmaatschappij.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1240/02 van Theresa Zabell (PPE-DE) aan de Commissie. Een andere luchtvaartmaatschappij.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1240/02

van Theresa Zabell (PPE-DE) aan de Commissie

(30 april 2002)

Betreft: Een andere luchtvaartmaatschappij

Wat vindt de Commissie van het feit dat iemand een ticket koopt van een bepaalde luchtvaartmaatschappij tegen een bepaalde prijs (in dit geval SN Brussels Airlines) en dat bij vertrek alles zonder waarschuwing vooraf blijkt te worden afgewikkeld, inclusief het vliegtuig, door een andere maatschappij dan die waarbij het ticket is gekocht en die goedkopere prijzen rekent?

Antwoord van mevrouw de Palacio namens de Commissie

(14 juni 2002)

Artikel 7 van Verordening (EEG) nr. 2408/92 van de Raad van 23 juli 1992 betreffende de toegang van communautaire luchtvaartmaatschappijen tot intracommunautaire luchtroutes(1) luidt als:

Bij het onderhouden van luchtdiensten wordt het een communautaire luchtvaartmaatschappij door de betrokken lidstaat (lidstaten) toegestaan luchtdiensten te combineren en hetzelfde vluchtnummer te gebruiken.

Dit wordt code-sharing genoemd.

Code-sharing maakt het een luchtvaartmaatschappij mogelijk klanten een groter aantal diensten aan te bieden dan als zij deze diensten alleen zou uitvoeren. De Commissie is zonder meer van mening dat passagiers bij het boeken van een ticket dienen te weten welke luchtvaartmaatschappij hun vlucht uitvoert, zodat zij een welbewuste keuze voor een luchtvaartmaatschappij kunnen maken. De Commissie vindt ook dat duidelijk moet zijn welke luchtvaartmaatschappij wettelijk verantwoordelijk is voor de uitvoering van het contract.

Wat het verstrekken van informatie betreft is op grond van de huidige communautaire wetgeving over geautomatiseerde boekingssystemen(2) een reisbureau dat een dergelijk systeem gebruikt verplicht om de klanten te informeren over de luchtvaartmaatschappij die de vlucht feitelijk uitvoert. Tevens hebben vele luchtvaartmaatschappijen vrijwillig de regels voor dienstverlening aan passagiers ondertekend en passen zij deze geleidelijk toe, onder andere door de passagiers te informeren over de luchtvaartmaatschappij die hun vlucht uitvoert. Gekeken moet worden of dit tot positieve resultaten zal leiden. De Commissie zal daarom wederom de kwestie aan de orde stellen of passagiers voldoende informatie ontvangen voordat zij hun vlucht boeken, in een raadplegingsdocument betreffende de contracten van luchtvaartmaatschappijen dat binnenkort door de diensten van de Commissie gepubliceerd wordt. Zodra zij de antwoorden heeft ontvangen en geanalyseerd, zal zij een beslissing nemen over verdere maatregelen om ervoor te zorgen dat passagiers adequate informatie ontvangen.

De diensten van de Commissie zullen in hun raadplegingsdocument betreffende de contracten van luchtvaartmaatschappijen de vraag aan de orde stellen of de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van het contract ligt bij de luchtvaartmaatschappijen die de vlucht uitvoeren dan wel bij de maatschappijen die de vlucht uitvoeren en de maatschappijen waarmee het contract is afgesloten gezamenlijk.

Wat betreft prijsverschillen wordt er in Verordening (EEG) nr. 2409/92 van de Raad van 23 juli 1992 inzake tarieven voor luchtdiensten(3) aan de luchtvaartmaatschappijen de vrijheid gegeven om hun eigen prijzen vast te stellen. De Commissie is van mening dat dit essentieel is voor de concurrentie, die de prijzen immers naar beneden haalt en de klanten de mogelijkheid geeft uit verschillende luchtvaartmaatschappijen te kiezen. Zoals gezegd is het erg belangrijk dat zij over voldoende informatie beschikken ten einde een welbewuste keuze te kunnen maken.

(1) PB L 240 van 24.8.1992.

(2) Verordening (EEG) nr. 2299/89 van de Raad van 24 juli 1989 zoals gewijzigd bij Verordening 3089/93 en 323/99, PB L 220 van 29.7.1989.

(3) PB L 240 van 24.8.1992.