Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2793/02 van Robert Goebbels (PSE) aan de Commissie. Concurrentie in de commerciële luchtvaart.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2793/02 van Robert Goebbels (PSE) aan de Commissie. Concurrentie in de commerciële luchtvaart.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2793/02

van Robert Goebbels (PSE) aan de Commissie

(4 oktober 2002)

Betreft: Concurrentie in de commerciële luchtvaart

De Commissie heeft onlangs haar fiat gegeven aan enkele samenwerkingsakkoorden tussen luchtvaartmaatschappijen. Het zijn meestal code sharing-akkoorden, waarbij twee maatschappijen gezamenlijk maar met behoud van hun eigen vluchtnummer een vlucht uitvoeren en verkopen. Zo komt het voor dat een klant een biljet van maatschappij A koopt maar terechtkomt op een vlucht van maatschappij B, die misschien niet de kwaliteit aanbiedt die door de reclame van maatschappij A wordt aangeprezen. Code sharing leidt echter niet alleen tot vaak bedrieglijke reclame maar beperkt ook de facto de concurrentie tussen de luchtvaartmaatschappijen, vooral op de minder druk bevlogen luchthavens.

Het gevaar is reëel dat deze ontwikkeling op termijn de mededinging tussen de luchtvaartmaatschappijen fors gaat beperken doordat bondgenootschappen worden gevormd die regelrecht leiden naar een oligopolie. Wat wil de Commissie aan deze ontwikkeling doen?

Antwoord van de heer Monti namens de Commissie

(12 november 2002)

Vele internationale luchtvaartmaatschappijen zijn steeds vaker gebruik gaan maken van code-sharing en andere verwante vormen van samenwerking (zoals bondgenootschappen) om zich aan te passen aan nieuwe uitdagingen, zoals de liberalisering en mondialisering van het luchtvervoer. Code-sharing, waarbij de ene luchtvaartmaatschappij aan de andere de toelating geeft haar code voor een vlucht te gebruiken, kan verschillende vormen aannemen en verschillende graden van samenwerking omvatten.

De Commissie erkent dat code-sharingakkoorden aanzienlijke voordelen kunnen opleveren voor passagiers, in het bijzonder zakenreizigers die een consistente mondiale dienstverlening wensen en voor interlining-reizigers, waarvoor de prijzen in het algemeen dalen ten gevolge van deze samenwerking. Passagiers die van en naar minder drukke luchthavens reizen kunnen er ook baat bij vinden, aangezien het aanbod en de frequentie van beschikbare diensten veel beperkter zouden zijn zonder code-sharingakkoorden. Deze akkoorden kunnen evenwel de concurrentie beperken door een concentratie van de krachten op de markt.

Restrictieve akkoorden tussen concurrenten kunnen overeenkomstig de communautaire voorschriften inzake concurrentie slechts worden toegestaan indien de partijen kunnen aantonen dat de voordelen van het akkoord zwaarder wegen dan de negatieve effecten voor de concurrentie. Dit zal vooral het geval zijn wanneer de akkoorden leiden tot een significante uitbreiding van de netwerken en wanneer de contractsluitende partijen geen of slechts weinig overlappende routes hebben. Bovendien moet worden vastgesteld dat de klanten deel hebben aan de voordelen, dat deze voordelen niet door minder restrictieve alternatieven konden worden bereikt en dat concurrentie niet wordt uitgesloten. Zo nodig kunnen eventueel gepaste maatregelen worden opgelegd om de concurrentie te behouden. Code-sharingakkoorden moeten derhalve afzonderlijk worden beoordeeld, waarbij concurrentiebevorderende en concurrentiebedreigende gevolgen tegen elkaar worden afgewogen.

Het standpunt van de Commissie over bondgenootschappen en andere vormen van samenwerking, zoals code-sharing moet dus evenwichtig zijn. De Commissie erkent de mogelijke positieve effecten, maar heeft dergelijke akkoorden slechts toegestaan nadat de vastgestelde problemen op het gebied van concurrentie waren opgelost.

Wat betreft de informatie die over vluchten met code-sharing wordt verstrekt, moet erop worden gewezen dat in de vrijwillige verbintenis van de luchtvaartmaatschappijen in verband met de kwaliteit van de dienstverlening aan passagiers is bepaald dat de consumenten bij de boeking de gepaste informatie moeten krijgen (artikel 13 van de verbintenis, van kracht sinds februari 2002).