Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3196/02 van Ria Oomen-Ruijten (PPE-DE) aan de Commissie. Illegale parallelimport van goedkopere geneesmiddelen uit ontwikkelingslanden.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3196/02 van Ria Oomen-Ruijten (PPE-DE) aan de Commissie. Illegale parallelimport van goedkopere geneesmiddelen uit ontwikkelingslanden.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3196/02

van Ria Oomen-Ruijten (PPE-DE) aan de Commissie

(8 november 2002)

Betreft: Illegale parallelimport van goedkopere geneesmiddelen uit ontwikkelingslanden

Aangezien ontwikkelingslanden niet beschikken over voldoende financiële middelen en voorzieningen voor een goed en veilig geneesmiddelengebruik, worden zij voorzien van goedkopere geneesmiddelen. Momenteel worden door middel van illegale parallelimport deze goedkopere geneesmiddelen tegen een hogere prijs verkocht in de Europese Unie. Als gevolg van deze productdifferentiatie wordt de mogelijkheid beperkt om goedkopere medicijnen aan te bieden aan ontwikkelingslanden. Dit gaat ten koste van de gezondheid van de inwoners van deze landen.

1. Kan de Europese Commissie aangeven welke maatregelen zij denkt te nemen ter voorkoming van het doorsluizen van goedkopere geneesmiddelen vanuit ontwikkelingslanden naar landen met hogere geneesmiddelenprijzen?

2. Op het gebied van het octrooirecht kent de EU momenteel het systeem van communautaire uitputting. Hoe lang denkt de Europese Commissie dit systeem nog te kunnen handhaven? Ziet zij mogelijkheden om dit systeem te vervangen zodat de EU-landen hun markten kunnen afschermen voor parallelimport van goedkopere geneesmiddelen uit ontwikkelingslanden?

Antwoord van de heer Lamy namens de Commissie

(23 december 2002)

In overeenstemming met de mededeling van de Commissie aan de Raad en het Parlement over de versnelde actie ter bestrijding van de belangrijkste overdraagbare ziekten in het kader van de armoedebestrijding(1) dienen de maatregelen ter voorkoming van de verlegging van het handelsverkeer in producten met gedifferentieerde prijzen te worden versterkt. De Commissie heeft met dat doel op 30 oktober 2002 een voorstel goedgekeurd voor een verordening van de Raad ter voorkoming van verlegging van het handelsverkeer in bepaalde belangrijke geneesmiddelen naar de Europese Unie(2).

Zodra dit initiatief door de Raad is goedgekeurd zal het de douaneautoriteiten in staat stellen het vrijgeven of vasthouden van producten met gedifferentieerde prijzen aan de grenzen van de Unie op te schorten totdat de bevoegde nationale autoriteit heeft besloten of de producten al dan niet producten met gedifferentieerde prijzen zijn. Het is van belang dat de opsplitsing tussen de markten van de ontwikkelde landen en die van de ontwikkelingslanden kan worden gehandhaafd om een duurzaam aanbod van laaggeprijsde geneesmiddelen aan de ontwikkelingslanden te waarborgen.

De voorgestelde verordening doet geen afbreuk aan de intellectuele eigendomsrechten. Zowel beschermde als niet-beschermde producten kunnen als producten met gedifferentieerde prijzen worden gerangschikt op voorwaarde dat de in de ontwerp-verordening vermelde voorwaarden zijn vervuld. Het is namelijk mogelijk dat de houder van het recht zijn intellectuele eigendomsrechten wenst uit te oefenen wanneer beschermde producten met gedifferentieerde prijzen op de markt van de Gemeenschap komen ondanks de inspanningen om hen aan de grenzen te onderscheppen.

Hoewel de uitputting van intellectuele eigendomsrechten niet van toepassing is op producten die binnen de Europese interne markt door de houder van het recht of met zijn toestemming op de markt worden gebracht, staat het de houders van de rechten vrij bij de nationale rechtbanken een burgerlijke rechtszaak wegens inbreuk in te leiden tegen de illegale parallelinvoer of verkoop van beschermde goederen die vanuit derde landen in de Unie zijn ingevoerd. Dit standpunt is door het Europees Hof van Justitie bevestigd. Er bestaan binnen de Gemeenschap geen plannen om dit beleid te wijzigen.

(1) COM(2001) 96 def.

(2) COM(2002) 592 def.