Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1742/03 van Roberta Angelilli (UEN) aan de Commissie. Programma's voor ouderen.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1742/03 van Roberta Angelilli (UEN) aan de Commissie. Programma's voor ouderen.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1742/03 van Roberta Angelilli (UEN) aan de Commissie. Programma's voor ouderen.

Publicatieblad Nr. 011 E van 15/01/2004 blz. 0222 - 0223


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1742/03

van Roberta Angelilli (UEN) aan de Commissie

(26 mei 2003)

Betreft: Programma's voor ouderen

Het probleem van de toenemende vergrijzing van de bevolking van de Unie zal de komende jaren vooral Italië treffen omdat dat land een van de laagste geboortecijfers ter wereld heeft, hetgeen ook ernstige gevolgen heeft voor zijn economie. Geschat wordt dat vóór 2020 37 % van alle EU-burgers ouder dan 60 zal zijn.

Het is dus van belang om doelgericht te streven naar de integratie van de ouderen in de samenleving en ervoor te zorgen dat ze via bijscholing gedurende de gehele loopbaan langer tot de actieven kunnen blijven behoren.

Hoewel de communautaire instellingen reeds lang de strijd tegen discriminatie en marginalisering van ouderen en gehandicapten aangebonden hebben, bestaan er nog geen concrete programma's om deze problemen aan te pakken.

Toch worden in artikel nr. 25 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie en in de artikelen nrs. 13, 136 en 137 van het EG-Verdrag als prioritair bestempeld maatregelen strekkende tot bevordering van de volledige deelname van deze bevolkingsgroepen aan het sociale en culturele leven.

Kan de Commissie antwoord geven op de volgende vragen:

1. Welke maatregelen zijn er genomen ten behoeve van ouderen?

2. Zijn er voorbeelden van goede praktijken in EU-lidstaten?

3. Kan de Commissie een algemeen beeld van de situatie geven?

Antwoord van mevrouw Diamantopoulou namens de Commissie

(10 juli 2003)

De lidstaten hebben zich ertoe verbonden rond het thema vergrijzing samen te werken in het kader van nationale beleidsmaatregelen op het gebied van gezonde overheidsfinanciën, werkgelegenheid, sociale bescherming en gezondheidszorg. Het antwoord van de Unie op de vergrijzing(1) maakt deel uit van de algemene strategie van elkaar wederzijds versterkende maatregelen waartoe in Lissabon het initiatief is genomen en die tijdens latere bijeenkomsten van de Europese Raad verder is ontwikkeld. De Unie streeft ernaar de mogelijkheden van mensen van alle leeftijden ten volle te activeren. Daarom wordt de klemtoon gelegd op actief ouder worden, en vooral op levenslang leren, langer werken, later met pensioen gaan, actief blijven na de pensionering en capaciteitsvergrotende en gezondheidsbevorderende activiteiten. Doel is de gemiddelde levenskwaliteit te verhogen en tegelijkertijd op sociaal vlak bij te dragen tot meer groei, lagere socialezekerheidsuitgaven en aanzienlijke besparingen op het vlak van pensioenen en gezondheidszorg.

De Europese werkgelegenheidsstrategie en de Europese strategie voor toereikende en betaalbare pensioenen verlenen prioriteit aan maatregelen om oudere werknemers ertoe aan te zetten langer te werken. Er wordt in het kader van de open coördinatiemethode op het gebied van

armoede en sociale uitsluiting ten volle rekening gehouden met de situatie van ouderen. Dit blijkt uit de nationale actieplannen en het gezamenlijk verslag inzake sociale integratie(2). Recente beleidsinitiatieven omvatten onder meer een specifieke werkgelegenheidsrichtsnoer inzake actief ouder worden (sinds 2001); het streven naar een arbeidsparticipatie van 50 % bij werknemers van 55-64 jaar in 2010 (een streefcijfer overeengekomen op de Europese Raad van Stockholm in 2001); de tijdens de Europese Raad van Laken in 2001 overeengekomen pensioendoelstellingen; het gezamenlijk verslag over arbeidsparticipatie en actief ouder worden (2002); de afspraak tijdens de Europese Raad van Barcelona in 2002 om de leeftijd waarop mensen stoppen met werken uiterlijk 2010 met vijf jaar te verhogen; en het besluit van de Commissie om in het syntheseverslag 2003 een nieuwe structurele indicator inzake de gemiddelde werkelijke uittredingsleeftijd op te nemen.

In het communautair actieprogramma ter bestrijding van discriminatie (2001-2006) (begroting: 100 miljoen euro) wordt aandacht geschonken aan leeftijdsdiscriminatie. Het actieprogramma dekt momenteel meer dan 85 % van de lopende kosten van het European Platform of Older People's Organisations (AGE) en verleent steun aan talrijke studies, projecten en voorlichtingsactiviteiten die zich op leeftijdsdiscriminatie toespitsen of er in elk geval aandacht aan schenken. Het communautair actieprogramma inzake sociale integratie (2002-2006) (begroting: 75 miljoen euro) steunt de uitwisseling van kennis en beste praktijken tussen de lidstaten op een aantal relevante gebieden (onder meer beleidsmaatregelen en programma's ter bevordering van de integratie van ouderen).

In de gezamenlijke verslagen van de Commissie en de Raad over toereikende en betaalbare pensioenen(3) en gezondheidszorg en ouderenzorg(4), die tijdens de voorjaarsbijeenkomst van de Europese Raad in Brussel (2003) zijn ingediend, wordt beschreven hoe de lidstaten op twee cruciale beleidsterreinen met behulp van elkaar wederzijds versterkende maatregelen op het gebied van werkgelegenheid, sociale bescherming en economie de algemene gevolgen van de vergrijzing voor het sociale en het beroepsleven aanpakken. In deze verslagen en in het gezamenlijk verslag inzake sociale integratie(5) wordt aandacht geschonken aan een aantal voorbeelden van goede praktijken.

(1) COM(2002) 143 def.

(2) Raad van de Europese Unie 15223/01.

(3) Raad van de Europese Unie 7165/03.

(4) Raad van de Europese Unie 7166/03.

(5) Raad van de Europese Unie 15223/01.