Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2342/03 van Paul Rübig (PPE-DE) aan de Commissie. Kas voor bouwvakarbeiders van de autonome provincie Bolzano (Cassa Edile Provincia Autonoma Bolzano); premiebetalingen door buitenlandse bouwbedrijven.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2342/03 van Paul Rübig (PPE-DE) aan de Commissie. Kas voor bouwvakarbeiders van de autonome provincie Bolzano (Cassa Edile Provincia Autonoma Bolzano); premiebetalingen door buitenlandse bouwbedrijven.

6.2.2004

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 33/254


(2004/C 33 E/263)

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2342/03

van Paul Rübig (PPE-DE) aan de Commissie

(16 juli 2003)

Betreft: Kas voor bouwvakarbeiders van de autonome provincie Bolzano (Cassa Edile Provincia Autonoma Bolzano); premiebetalingen door buitenlandse bouwbedrijven

De Oostenrijkse Strabag AG heeft een klacht ingediend omdat Oostenrijkse bouwondernemingen, die werknemers naar de autonome provincie Bolzano — Italië hebben gestuurd, premies moeten afdragen aan de Cassa Edile (kas van bouwvakkers) van de provincie Bolzano, hoewel de Oostenrijkse bouwbedrijven in feite ook in Oostenrijk soortgelijke premies betalen overeenkomstig de bouwvak-, vakantie- en verrekeningswet en de algemene wet op de sociale zekerheid.

Vooral gemeentes eisen dit soort dubbele betalingen bij de aanbesteding van openbare bouwwerken. Bovendien zijn de werkvergunningen voor niet-EU-burgers geweigerd, omdat de betrokken Oostenrijkse bouwonderneming volgens de Italiaanse vakbonden geweigerd zou hebben haar bouwvakkers in de kas te laten registeren.

1.

Is de Commissie op de hoogte van deze gang van zaken en is zij van mening dat de dubbele betaling van in feite soortgelijke betalingen voor bouwvakkers in strijd is met de vrijheid van dienstverlening, omdat dit leidt tot markt- en concurrentievervalsing?

2.

Is de geschetste discriminatie volgens de Commissie in strijd met de communautaire wetgeving?

3.

Zo ja (zowel punt 1 als punt 2), is de Commissie van plan maatregelen te nemen?

4.

Vallen de premiebetalingen aan de kas voor bouwvakkers volgens de Commissie onder de detacheringsrichtlijn 96/71/EG(1)?

5.

Geldt het antwoord van de Commissie op schriftelijke vraag E-1479/98(2) ook voor dit geval?

Antwoord van mevrouw Diamantopoulou namens de Commissie

(22 augustus 2003)

Het geachte parlementslid stelt vragen die betrekking hebben op het vrij verrichten van grensoverschrijdende diensten en de bepalingen van Richtlijn 96/71/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 1996 betreffende de terbeschikkingstelling van werknemers met het oog op het verrichten van diensten(3).

1.

De Commissie is niet op de hoogte van het door het geachte parlementslid genoemde concrete geval, maar zij is zich bewust van het risico van dubbele betaling van premies door de werkgevers wanneer deze in zowel de lidstaat van herkomst als de lidstaat van ontvangst onderworpen zijn aan verplichtingen met betrekking tot betaalde vakantiedagen.

Wanneer in beide betrokken landen — in het land van herkomst van de onderneming en in het land van ontvangst — een systeem van vakantiefondsen bestaat, moet de kwestie van de gelijkwaardigheid van de vakantiefondsstelsels in beide lidstaten worden opgelost. Om het hoofd te bieden aan de problemen in verband met de vergelijking van deze stelsels, is door de vakantiefondsen van verscheidene landen een samenwerking opgezet die moet zorgen voor de wederzijdse erkenning van de vakantiestelsels en moet vermijden dat de werkgevers dubbele premies betalen bij detachering van werknemers.

2.

Volgens de Commissie kan de betaling van dubbele premies door de werkgever in deze context een beperking van het vrij verrichten van diensten vormen en beantwoordt dit niet aan de geest noch aan het dispositief van Richtlijn 96/71/EG.

3.

De Commissie zal alle gevallen onderzoeken die haar ter kennis worden gebracht en zij zal alle nodige maatregelen nemen om te zorgen voor de naleving van het EG-Verdrag en een juiste toepassing van Richtlijn 96/71/EG. Zij moedigt bovendien alle door de vakantiefondsen genomen initiatieven aan, zoals bedoeld in punt 1.

4.

Richtlijn 96/71/EG verplicht de lidstaten erop toe te zien dat de ondernemingen die werknemers op hun grondgebied detacheren de gedetacheerde werknemers de in het land van ontvangst geldende arbeidsvoorwaarden, als bedoeld in artikel 3, garanderen, waaronder het minimumaantal betaalde vakantiedagen. Bij de praktische tenuitvoerlegging van deze verplichting zijn de lidstaten gehouden de bepalingen van de richtlijn en de artikelen 49 en volgende van het EG-Verdrag na te leven.

5.

De Commissie bevestigt haar antwoord op schriftelijke vraag E-1479/98 van mevrouw R. Oomen-Ruijten en anderen(4).