Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2593/03 van Graham Watson (ELDR) aan de Commissie. Vervolging van christenen in Pakistan.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2593/03 van Graham Watson (ELDR) aan de Commissie. Vervolging van christenen in Pakistan.

8.4.2004

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 88/104


(2004/C 88 E/0108)

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2593/03

van Graham Watson (ELDR) aan de Commissie

(14 augustus 2003)

Betreft: Vervolging van christenen in Pakistan

Weet de Commissie dat christenen in Pakistan worden vervolgd? Hoe heeft zij protest aangetekend of gaat zij dit alsnog doen bij de regering van Pakistan?

Antwoord van de heer Patten namens de Commissie

(22 augustus 2003)

De Commissie blijft ernstig bezorgd over een aantal mensenrechtenkwesties in Pakistan en neemt actief deel aan gezamenlijke inspanningen van de Unie om deze kwesties aan te kaarten. De EU heeft verschillende gelegenheden aangegrepen om de situatie van religieuze minderheden met de Pakistaanse autoriteiten te bespreken. Ook tijdens de politieke dialoog tussen Pakistan en de Unie worden mensenrechtenkwesties aangekaart, onder andere tijdens de recente ontmoeting in Islamabad van 7 juni 2003.

De EU heeft herhaaldelijk gevraagd om meer bescherming van christelijke en andere minderheden in Pakistan. Het is de Commissie bekend dat tijdens de laatste twee jaar een aantal incidenten met de christelijke gemeenschap hebben plaatsgevonden, zoals een aanval op het kantoor van een niet-gouvernementele organisatie in Karachi, de moord op christelijke gelovigen in kerken in Bhawalpur en Islamabad en wreedheden tegen christelijke instellingen in Murree en Taxila. De Commissie is tevens op de hoogte van verschillende incidenten van sektarisch geweld tegen andere minderheden zoals Ahmadis en Shias. De EU zal er bij de Pakistaanse autoriteiten op aandringen dat de daders van deze misdrijven berecht worden en dat adequate maatregelen worden genomen om te voorkomen dat dergelijke incidenten zich opnieuw voordoen.

Voorts heeft de EU al herhaaldelijk haar bezorgdheid uitgesproken over de wetten tegen godslastering, die in onevenredig grote mate op religieuze minderheden worden toegepast (ofschoon in absolute cijfers een duidelijke meerderheid van de personen die op grond van deze wet in beschuldiging worden gesteld, moslim is). Zolang de wetten tegen godslastering van kracht blijven, zal de Commissie er bij de Pakistaanse regering op blijven aandringen dat alle mogelijke maatregelen worden genomen om misbruiken te voorkomen zodat de personen die van godslastering worden beschuldigd, beschermd worden, en dat de institutionele en wettelijke waarborgen versterkt worden.

De EU verheugde zich over de toespraak van president Musharraf van 12 januari 2002 waarin hij alle vormen van sektarisme en religieuze haat veroordeelde en pleitte voor een gematigde en tolerante islam. Ofschoon er geen wettelijke beperkingen bestaan ten aanzien van de religieuze praktijken van minderheden, blijven grote delen van de bevolking onwetend. Daarom geeft de Commissie in haar ontwikkelingssamenwerking voorrang aan een betere toegang tot seculier onderwijs in het kader van het onderwijsbeleid van het land. Op de middellange termijn moet beter onderwijs leiden tot een tolerante houding tegenover minderheden.