Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3176/03 van Dorette Corbey (PSE) aan de Commissie. Voedselveiligheid en ontwikkelingslanden.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3176/03 van Dorette Corbey (PSE) aan de Commissie. Voedselveiligheid en ontwikkelingslanden.

20.3.2004

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 70/231


(2004/C 70 E/248)

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3176/03

van Dorette Corbey (PSE) aan de Commissie

(27 oktober 2003)

Betreft: Voedselveiligheid en ontwikkelingslanden

De Europese Unie heeft de afgelopen jaren werk gemaakt van voedselveiligheid. Na de goedkeuring van de algemene levensmiddelenwetgeving stonden nog uitwerkingen op de agenda zoals het pakket hygiëne- en controlerichtlijnen(1).

1.

Kan de Commissie aangeven welke gevolgen de ontwikkelingslanden ondervinden en zullen ondervinden van de verscherpte aandacht voor voedselveiligheid binnen de Europese Unie?

2.

Kan de Commissie aangeven welke landen hun voedselexport naar de EU hebben zien verminderen?

3.

Verwacht de Commissie ten gevolge van de hygiëne- en controlewetgeving(1) een vermindering of vermeerdering van de voedselexport naar de Europese Unie vanuit Afrikaanse, Aziatische en Latijns-Amerikaanse landen? Welke landen zullen bijzonder geraakt worden?

Antwoord van de heer Byrne namens de Commissie

(5 december 2003)

Met het pakket nieuwe wetgeving op het gebied van voedselveiligheid zijn de eisen en de bijbehorende controle vollediger geworden. De Commissie heeft enige flexibiliteit ingebouwd door het gelijkwaardig-heidsbeginsel in het controlevoorstel en HACCP in de hygiënevoorstellen op te nemen. Er is gekozen voor een geheel nieuwe aanpak, met de introductie van integrale ketenbeheersing van primaire productie tot aan de verkoop aan de consument waarbij de verantwoordelijkheid bij de producent ligt, met de introductie van een systematische wetenschappelijke risicoanalyse en het voorzorgsbeginsel, met het vereiste van volledige traceerbaarheid, met de introductie van moderne vleeskeuringstechnieken en de toepassing van HACCP. De Commissie heeft er nauw op toegezien dat de voorstellen voldeden aan de bepalingen van de SPS-overeenkomst van de Wereldhandelsorganisatie. Verder zijn de nieuwe beginselen in overeenstemming met de Codex Alimentarius. Niettemin moeten de lidstaten en exporterende derde landen zich aanpassen aan de nieuwe situatie. Met de invoering van nieuwe wetgeving moeten niet alleen de werkwijzen van de producenten en toezichthoudende autoriteiten maar ook de productie- en handelsstructuren worden aangepast. Wat ontwikkelingslanden betreft heeft de Commissie een aantal bepalingen in het controle-voorstel opgenomen. Deze bepalingen zijn bedoeld om ontwikkelingslanden door middel van technische ondersteuning beter in staat te stellen te voldoen aan de invoervereisten van de EU, met name wat betreft het opstellen van jaarlijkse controleplannen.

Aangezien de nieuwe wetgeving nog maar gedeeltelijk van kracht is, kan nu nog geen uitspraak worden gedaan over het effect dat de nieuwe wetgeving op de bestaande uitvoer naar de EU kan hebben. De invoervereisten van de Verordening van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedsel-veiligheidsaangelegenheden (Algemene Levensmiddelenwetgeving) worden pas op 1 januari 2005 van kracht. Het hygiënepakket met betrekking tot het controlevoorstel moet nog worden goedgekeurd.