Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3372/03 van Mogens Camre (UEN) aan de Commissie. Mogelijkheid voor Denemarken van heronderhandeling over protocol 16.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3372/03 van Mogens Camre (UEN) aan de Commissie. Mogelijkheid voor Denemarken van heronderhandeling over protocol 16.

27.3.2004

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 78/273


(2004/C 78 E/0274)

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3372/03

van Mogens Camre (UEN) aan de Commissie

(14 november 2003)

Betreft: Mogelijkheid voor Denemarken van heronderhandeling over protocol 16

Er is meegedeeld dat verscheidene nieuwe landen — o.a. Zweden, Oostenrijk, Tsjechië, Hongarije, Polen en Cyprus — tijdens de toetredingsonderhandelingen de wens te kennen hebben gegeven naar een soortgelijke regeling als in protocol 16 aan Denemarken is toegekend inzake de verwerving van tweede woningen. Aan al deze landen is een permanente regeling als de Deense geweigerd, maar is een tijdelijk overgangsregime op dit gebied aangeboden (zie bijv. wetsvoorstel L 222 betreffende de uitbreiding naar het oosten, blz. 26 en 27). Kan de Commissie aangeven in hoeverre bepaalde landen al duidelijk hebben gemaakt of bij de komende heronderhandelingen over de protocollen naar verwachting duidelijk zullen maken dat het onaanvaardbaar is dat Denemarken een permanente regeling heeft, terwijl die hun is geweigerd?

Kan de Commissie in het verlengde van mijn vraag over de juridische consequenties van ratificatie van de ontwerpgrondwet van de EU meedelen hoe zij de mogelijkheden voor Denemarken inschat om op de Intergouvernementele Conferentie opnieuw te onderhandelen over protocol 16 teneinde te bereiken dat het Deense voorbehoud ten aanzien van het recht van EU-burgers om in Denemarken een vakantiewoning te kopen, van kracht blijft?

Antwoord van de heer Solbes Mira namens de Commissie

(18 december 2003)

De in Denemarken geldende beperkingen op het verwerven van tweede woningen vormen de enige uitzondering op het vrije kapitaalverkeer binnen de Gemeenschap die eigen is aan een land. Het Protocol betreffende de verwerving van onroerende goederen in Denemarken maakt sinds de inwerkingtreding van het Verdrag betreffende de Europese Unie integraal deel uit van het EG-Verdrag en is, in tegenstelling tot andere tijdelijke uitzonderingen zoals overgangsregelingen die worden goedgekeurd in het kader van toetredingsonderhandelingen, niet termijngebonden. Zoals het geachte parlementslid weet, kan deze specifieke bepaling enkel worden aangepast als dat gepaard gaat met een wijziging van het EG-Verdrag die door alle lidstaten, inclusief Denemarken, is goedgekeurd.

Het Verdrag betreffende de toetreding tot de Europese Unie, dat op 16 april 2003 werd ondertekend in Athene en momenteel wordt geratificeerd door de lidstaten, voorziet voor Malta in een speciale regeling inzake het verwerven van tweede woningen (Protocol nr. 6) en in overgangsregelingen voor de andere kandidaat-lidstaten.

Zoals het geachte parlementslid wellicht al weet, is de Commissie vertegenwoordigd in de Groep juridische deskundigen van de intergouvernementele conferentie die onder andere als taak hebben de protocollen van de verdragen aan te passen aan de nieuwe juridische situatie die werd gecreeërd door het ontwerp-Verdrag tot vaststelling van een Grondwet voor Europa. De Commissie kan dan ook bevestigen dat de inhoud van het voornoemde Protocol na de aanpassing grotendeels onveranderd gebleven is.