Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3665/03 van Nelly Maes (Verts/ALE) aan de Commissie. Niet-confessionele organisaties.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3665/03 van Nelly Maes (Verts/ALE) aan de Commissie. Niet-confessionele organisaties.

27.3.2004

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 78/606


(2004/C 78 E/0641)

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3665/03

van Nelly Maes (Verts/ALE) aan de Commissie

(9 december 2003)

Betreft: Niet-confessionele organisaties

Ondanks de voorgestelde Europese Grondwet die confessionele en niet-confessionele gemeenschappen op een gelijke voet plaatst stellen wij vast dat de Europese Commissie bepaalde confessionele levensbeschouwingen heeft geconsulteerd met betrekking tot het immigratievraagstuk en de strijd tegen de prostitutie en de mensenhandel. Dit was klaarblijkelijk niet het geval met niet-confessionele organisaties.

1.

Kan de Commissie verklaren waarom niet-confessionele organisaties zoals the European Humanist Federation van deze dialoog werden uitgesloten?

2.

Kan de Commissie verantwoorden waarom deze uitsluiting van de niet-confessionele organisatie werd doorgevoerd ondanks verklaring 11 bij het Verdrag van Amsterdam, waarin de gelijke behandeling van religieuze en niet-confessionele organisaties is gegarandeerd? Deze houding is tevens in strijd met de geest van artikel 51 van de ontwerpgrondwet van de EU.

3.

Kan de Commissie bevestigen dat de dialoog met de godsdienstig geïnspireerde NGO's onmiddellijk zal worden opengesteld ook voor de niet-confessionele levensbeschouwelijke organisaties?

4.

Kan de Commissie bevestigen dat in de toekomst niet-confessionele levensbeschouwelijke organisaties op gelijke wijze zullen worden behandeld als religieuze organisaties?

5.

Kan de Commissie garanderen dat haar houding in deze geen voorafspiegeling is van de interpretatie die zij geeft aan de toepassing van artikel 51 van de ontwerpgrondwet van de EU?

Gecombineerd Antwoord

van de heer Prodi namens de Commissie

op de schritftelijke vragen E-3602/03 en E-3665/03

(10 februari 2004)

De Commissie verzekert de geachte parlementsleden dat in artikel 51 van het ontwerp-Verdrag tot vaststelling van een grondwet voor Europa („de status van kerken en niet-confessionele organisaties”), dat voorziet in een dialoog met die organisaties, is vastgelegd dat geen afbreuk zal worden gedaan aan de status van niet-confessionele organisaties. De dialoog waarnaar wordt verwezen vindt in feite geregeld plaats, met name aansluitend op de Europese Raden. Dit gebruik zal in de toekomst worden voortgezet. De Commissie is niet op de hoogte van enige ontevredenheid over deze dialoog bij de niet-confessionele organisaties.

De vergadering van 21 oktober 2003 waarnaar het geachte parlementslid verwijst, was in feite een informatievergadering die werd georganiseerd op initiatief en onder leiding van het toenmalige voorzitterschap van de Raad.

Het Italiaanse voorzitterschap wenste naar aanleiding van zijn conferentie in Rome contact op te nemen met deskundigen van religieuze organisaties, en heeft daarom gebruik gemaakt van de aanwezigheid van — onder andere — deze organisaties die naar Brussel waren gekomen voor een van de gebruikelijke dialogen.