Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0702/03 van Raffaele Costa (PPE-DE) aan de Commissie. Schending van de communautaire regelgeving inzake zuivelproducten door Italië.

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0702/03 van Raffaele Costa (PPE-DE) aan de Commissie. Schending van de communautaire regelgeving inzake zuivelproducten door Italië.

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0702/03

van Raffaele Costa (PPE-DE) aan de Commissie

(3 maart 2003)

Betreft: Schending van de communautaire regelgeving inzake zuivelproducten door Italië

In juli 2001 heeft de Europese Commissie een inbreukprocedure in de zin van art. 226 van het Verdrag ingeleid tegen Italië vanwege schending van richtlijn 92/46/EEG(1) inzake zuivelproducten, meer bepaald omdat Italië zich niet heeft gehouden aan het voorschrift in art. 8, lid 1 van de richtlijn om de afwijkingen van de hygiënevoorschriften voor de productie van kaas met een rijpingsperiode van ten minste 60 dagen door te geven.

Kan de Commissie mededelen in welke fase deze inbreukprocedure is? Is de Commissie, na de evaluatie van het antwoord van de Italiaanse regering op haar aanmaning, al tot een conclusie gekomen?

(1) PB L 268 van 14.9.1992, blz. 1.

Antwoord van de heer Byrne namens de Commissie

(31 maart 2003)

De Commissie heeft inderdaad in december 2000 tegen Italië een inbreukprocedure in de zin van artikel 226 van het EG-Verdrag ingeleid, omdat deze lidstaat Richtlijn 92/46/EEG van de Raad van 16 juni 1992 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften voor de productie en het in de handel brengen van rauwe melk, warmtebehandelde melk en producten op basis van melk verkeerd heeft omgezet.

De richtlijn bepaalt met name in artikel 8 dat de lidstaten, voor zover bepaalde eisen van deze richtlijn de bereiding van producten op basis van melk met traditionele kenmerken in de weg zouden kunnen staan, door middel van comitologie toestemming kunnen krijgen afzonderlijke of algemene afwijkingen toe te staan van sommige bepalingen van de richtlijn.

Aangezien Italië daartoe niet vóór 1 oktober 1993, zoals de richtlijn voorschreef, een aanvraag heeft ingediend, heeft de Commissie geoordeeld dat Italië in zijn wetgeving niet de afwijking mocht handhaven voor de vervaardiging van boter en andere producten op basis van melk onder gebruikmaking van room of wei afkomstig van het verwerkingsproces van rauwe melk, dat niet beantwoordt aan de communautaire gezondheidsnormen, als bedoeld in Richtlijn 92/46/EEG.

Aangezien Italië heeft aangevoerd dat de afwijking geen risico voor de gezondheid van de mens oplevert, is de Commissie met deze lidstaat een technische dialoog aangegaan om de gevolgen van de Italiaanse maatregel te onderzoeken. In dit verband zij erop gewezen dat de Raad in december 2002 een politiek akkoord heeft bereikt over een voorstel voor een verordening betreffende de hygiëne van levensmiddelen, die met name Richtlijn 92/46/EEG zal vervangen.

Deze ontwerp-verordening voorziet in de mogelijkheid dat de lidstaten onder bepaalde voorwaarden vragen om een afwijking van de in de verordening vastgestelde hygiëneregels.

De Commissie staat in nauw contact met de Italiaanse autoriteiten, waaraan zij heeft gevraagd haar een gedetailleerd technisch dossier te verstrekken om na te gaan of een dergelijke afwijking in het kader van de nieuwe verordening denkbaar is.

Gelet op het voorgaande en in afwachting van dit dossier heeft de Commissie het nemen van een besluit over de voortzetting van de inbreukprocedure voorlopig uitgesteld.