Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1176/03 van María Sornosa Martínez (PSE) aan de Commissie. Communautaire fondsen voor Spanje.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1176/03 van María Sornosa Martínez (PSE) aan de Commissie. Communautaire fondsen voor Spanje.

13.3.2004 || NL || Publicatieblad van de Europese Unie || C NaN/61

Betreft:   

Communautaire fondsen voor Spanje

Kan de Commissie een volledige lijst overleggen van de waterbouwkundige infrastructuurprojecten waarvoor door de Spaanse overheid financiële steun is aangevraagd uit hoofde van de structuurfondsen of het Cohesiefonds 2000-2006, en of het hier gaat om grote individuele projecten of projecten die onderdeel uitmaken van maatregelen in het kader van operationele programma's?

Zoals bepaald in artikel 14, lid 3, over "informatie en bekendmaking" van Verordening (EG) nr. 1164/94 van de Raad van 16 mei 1994, tot oprichting van een Cohesiefonds (1), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1264/1999 van de Raad van 21 juni 1999 (2) en Verordening (EG) nr. 1265/1999 van de Raad van 21 juni 1999 (), maakt de Commissie jaarlijks in het Publicatieblad van de Europese Unie de belangrijkste punten bekend van de besluiten tot toekenning van financiële steun uit hoofde van de eerdergenoemde verordening.

Deze informatie wordt per land en steungebied gerangschikt. Waterbouwkundige infrastructuurprojecten die gefinancierd worden uit het Cohesiefonds vallen onder de categorieën "watervoorziening en waterkwaliteit" en "afvoer en bewerking van afvalwater".

De gegevens over Spanje werden gepubliceerd in onderstaande Publicatiebladen van de Europese Unie:

- || 2000: PB C 361 van 17.12.2001

- || 2001: PB C 126 van 28.5.2002

De informatie over 2002, die binnenkort gepubliceerd zal worden vindt u in bijlage 1 bij dit antwoord, die rechtstreeks aan het geachte parlementslid en het secretariaat van het parlement wordt toegezonden.

Projecten waarvoor financiering aangevraagd is, maar die nog onderzocht worden of die in 2003 zijn goedgekeurd, staan in bijlage 2, die rechtstreeks aan het geachte parlementslid en het secretariaat van het parlement wordt toegezonden.

Wat betreft projecten die uit hoofde van Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999, houdende algemene bepalingen inzake de Structuurfondsen (), gefinancierd worden uit het Europees Regionaal Ontwikkelingsfonds, zijn lidstaten alleen verplicht de verzoeken tot cofinanciering van grote projecten aan de Commissie mee te delen. Informatie over dergelijke projecten is opgenomen in bijlage 3, die rechtstreeks aan het geachte parlementslid en het secretariaat van het parlement wordt toegezonden.

(1)  PB L 130 van 25.5.1994.

(2)  PB L 161 van 26.6.1999.

(2)  PB L 161 van 26.6.1999.

(2)  PB L 161 van 26.6.1999.

Betreft:   

Europese onderwijsprogramma's en Turkije

Turkije neemt deel aan de programma's Socrates, Leonardo da Vinci en Jeugd. Voor 2004 hebben de Turkse regering en de Europese Unie overeenstemming bereikt over een hele reeks programa's, waarbij universiteiten, onderwijsorganisaties en jongerenorganisaties betrokken zijn. Kan de Commissie mededelen of er onder die programma's ook programma's in de Koerdische taal zijn en of er programma's in de Koerdische taal kunnen worden uitgevoerd in landen van de Europese Unie waar Koerdische immigranten wonen?

Turkije neemt nog niet deel aan de programma's Socrates, Leonardo da Vinci en Jeugd. Momenteel worden voorbereidende maatregelen getroffen met het oog op de volwaardige deelname van Turkije in 2004. Turkije zal overeenkomstig de regels van de programma's onder dezelfde voorwaarden kunnen deelnemen als de andere kandidaat-lidstaten.

Overeenkomstig Besluit nr. 451/2003/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 februari 2003 tot vaststelling van de tweede fase van het Socrates-programma (1) zijn de talen die in aanmerking komen voor acties ter bevordering van het leren van vreemde talen in het kader van Lingua en Comenius de officiële talen van de Gemeenschap, het Iers en het Letzeburgs. Talen die minder verbreid zijn of minder onderwezen worden, krijgen voorrang. Minderheidstalen of regionale talen komen niet voor deze acties in aanmerking.

Bij uitbreiding geldt dit principe ook voor de deelname van Turkije aan bovengenoemde programma's.

Let wel: buiten de taalprojecten in het kader van Lingua en Comenius kunnen regionale talen en minderheidstalen wel het samenwerkingsthema van andere projecten in het kader van Socrates of Leonardo da Vinci vormen.

(1)  PB L 69 van 13.3.2003.