Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1725/03 van Reimer Böge (PPE-DE) aan de Commissie. Financiering van het satellietvolgsysteem VMS voor vissersvaartuigen.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1725/03 van Reimer Böge (PPE-DE) aan de Commissie. Financiering van het satellietvolgsysteem VMS voor vissersvaartuigen.

6.2.2004 || NL || Publicatieblad van de Europese Unie || C NaN/160

Betreft:   

Financiering van het satellietvolgsysteem VMS voor vissersvaartuigen

Overeenkomstig artikel 22 van verordening (EG) nr. 2371/2002 (1) moeten zonder uitzondering alle vissersvaartuigen van meer dan 18 meter lengte vanaf 1 januari 2004 en alle vaartuigen van meer dan 15 meter vanaf 1 januari 2005 uitgerust zijn met een zogenaamde "Blue box" voor satellietopsporing.

Voor visserijvaartuigen langer dan 24 meter, die al sinds juli 1998 verplicht over VMS moeten beschikken, worden de aanschaffingskosten op verzoek voor 100 % door de Europese Unie vergoed. Voor kotters onder 24 meter geldt echter slechts een subsidie in het kader van de FIOV ter hoogte van 25 % van de aanschaffingskosten. Daarbij komen exploitatiekosten tot 500 EUR per jaar die een extra last voor de vissers betekenen.

Kan de Commissie, los van het feit dat deze extra kosten voor vaartuigen voor kust- en dagvisserij moeilijk te rechtvaardigen valt, meedelen of zij bereid is een einde te maken aan de duidelijke benadeling van kotters onder 24 meter bij de aanschaf van de "Blue box", bijvoorbeeld door wijziging van de verordening, door ondersteuning van de desbetreffende initiatieven in de begrotingsprocedure of door de deelneming van de EU aan de kosten van toezicht door de lidstaten via welke ook een vergoeding mogelijk zou zijn voor satellietvolginstallaties die in 2003 en vanaf 2004 worden ingebouwd?

Ook de Commissie is van mening dat alle vissers een gelijke behandeling moeten krijgen wanneer het satellietvolgsysteem (VMS) ook voor kleinere vissersvaartuigen verplicht wordt gesteld.

In dit opzicht wordt de werkelijke situatie niet correct weergegeven door te veronderstellen dat de apparatuur voor grotere vaartuigen voor 100 % en die voor kleinere vaartuigen slechts voor 25 % kan worden vergoed. In werkelijkheid is voor vaartuigen waarvoor VMS al verplicht was, een aan een maximum gebonden financiële bijdrage betaald die in verhouding stond tot de uitgaven voor de aanschaf van de apparatuur. De maximumbijdrage in 1999 en 2000 was 3400 EUR.

Voor vaartuigen met een totale lengte van minder dan 24 meter zal de Commissie, binnen de grenzen van de begroting, steun toekennen onder vergelijkbare voorwaarden als die welke in het verleden voor grotere schepen golden.

(1)  PB L 358 van 31.12.2002, blz. 59.