SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2825/03 van Nelly Maes (Verts/ALE) aan de Commissie. Taalverscheidenheid.
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2825/03 van Nelly Maes (Verts/ALE) aan de Commissie. Taalverscheidenheid.
13.3.2004 || NL || Publicatieblad van de Europese Unie || C NaN/225
Betreft:
Taalverscheidenheid
Het actieplan 2004-2006 om het leren van talen en de taalverscheidenheid te bevorderen vermeldt herhaaldelijk ook het leren van "regionale" en "minderheidstalen". Er wordt gesteld dat nationale en regionale autoriteiten worden gestimuleerd om aandacht te schenken aan de ondersteuning van taalgemeenschappen waarvan het aantal moedertaalsprekers ("native speakers") van generatie tot generatie daalt. Ook deze talen behoren tot het Europees cultureel erfgoed.
Mag het dan aan de goede wil van de lidstaten overgelaten worden om deze talen te beschermen?
Moet de Europese Unie zelf geen actieve rol spelen in het steunen van lerarenopleidingen en scholen die deze taak op zich nemen?
Over welke instrumenten beschikt de Europese Unie om de lidstaten te stimuleren, indien zij in gebreke blijven inzake steun aan dit cultureel erfgoed?
De Commissie deelt de mening van het geachte parlementslid dat de regionale en minderheidstalen deel uitmaken van het Europees cultureel erfgoed.
De Commissie kan op cultuurgebied echter alleen een rol spelen binnen de grenzen van de bevoegdheden die haar zijn toegekend krachtens artikel 151 van het EG-Verdrag, waarin wordt gesteld dat het optreden van de Gemeenschap erop gericht is de samenwerking tussen de lidstaten aan te moedigen en zo nodig hun activiteiten te ondersteunen en aan te vullen. Overeenkomstig het subsidiariteitsbeginsel zijn de lidstaten verantwoordelijk voor de bescherming van de regionale en minderheidstalen.
Krachtens artikel 149 van het EG-Verdrag draagt de Gemeenschap bij tot de ontwikkeling van onderwijs van hoog gehalte door samenwerking tussen de lidstaten aan te moedigen en zo nodig hun activiteiten te ondersteunen en aan te moedigen. Het optreden van de Gemeenschap is er onder meer op gericht "de Europese dimensie in het onderwijs tot ontwikkeling te brengen, met name door onderricht in en verspreiding van de talen der lidstaten". Onderwijsinstellingen die onderricht geven in een regionale of minderheidstaal hebben evenveel recht om deel te nemen aan de acties van het Socrates/Comenius-programma als andere onderwijsinstellingen. Om het onderricht in deze talen te bevorderen, kunnen door het Socrates/Comenius-programma gefinancierde samenwerkingprojecten worden opgezet tussen instellingen voor lerarenopleiding en opleidingsbeurzen aan leraren worden verstrekt. Activiteiten in het kader van het leren van een taal als vreemde taal zijn bij het besluit tot instelling van het Socrates-programma echter voorbehouden aan de officiële talen, het Iers en het Luxemburgs.
Punt III. 1.1 van het actieplan van de Commissie "Het leren van talen en de taalverscheidenheid bevorderen" voorziet bovendien in de organisatie van een conferentie om de samenwerking te bevorderen bij thema's die van belang zijn voor regionale en minderheidstalen in het onderwijs.
Betreft:
Leesbaarheid herschrijfbare cd-roms
Waardevolle gegevens op cd-roms zijn in de praktijk niet altijd lang houdbaar. Uit een praktijktest van het Nederlandse computertijdschrift PC-Active blijkt dat de data op een zelfgebrande cd (cd-r/rew) binnen twee jaar onleesbaar kunnen worden. PC-Active heeft dertig merken herschrijfbare cd's aan een kwaliteitstest onderworpen. De beschreven computerschijfjes zijn twintig maanden bewaard in de originele verpakking in een afgesloten kast. Daarna is met een professionele cd-analyzer bekeken wat de staat van de cd-rom is. Uit de test bleek dat een aantal cd-r's volledig en andere gedeeltelijk onleesbaar waren geworden. Gegevens die twintig maanden geleden op de cd gezet waren, waren onleesbaar geworden. Het ging daarbij om bekende en minder bekende fabrikanten. Nochtans claimen fabrikanten van cd-roms dat hun producten op z'n minst tien jaar houdbaar zijn. Sommige fabrikanten claimen zelfs een houdbaarheid van een eeuw.
Is de Commissie op de hoogte van dit onderzoek?
Is de Commissie van plan actie te ondernemen naar aanleiding van deze onderzoeksresultaten? Zo ja, welke?
Zo neen, waarom niet? Is de Commissie van mening dat de claims over de leesbaarheid van de cd-roms misleidend zijn?
De Commissie was niet op de hoogte van dit onderzoek naar de houdbaarheid van cd-roms en is niet bevoegd in concrete gevallen op te treden.
De Commissie zou het geachte parlementslid er echter op willen wijzen dat door een verkoper, producent of diens vertegenwoordiger publiekelijk gedane mededelingen over de specifieke kenmerken van goederen in b2c-relaties bepalend kunnen zijn voor de vraag of goederen in overeenstemming zijn met de overeenkomst. Goederen moeten vooral overeenstemmen met de overeenkomst (overweging 7 van Richtlijn 1999/44/EG van het Parlement en de Raad van 25 mei 1999 betreffende bepaalde aspecten van de verkoop van en de garanties voor consumptiegoederen (1)). Artikel 2, lid 2, onder d), van de richtlijn bepaalt dat goederen in overeenstemming zijn met de overeenkomst wanneer zij de kwaliteit en prestaties bieden die voor goederen van dezelfde soort normaal zijn, gelet op de aard van de goederen en op de eventuele met name in reclame of etikettering publiekelijk gedane mededelingen over de bijzondere kenmerken ervan.
De levensduur van een cd-rom en de houdbaarheid van de daarop vastgelegde gegevens kunnen worden beschouwd als bijzondere kenmerken. Als niet aan deze bijzondere kenmerken wordt voldaan, kan de consument verlangen dat de goederen door herstelling of vervanging in overeenstemming met de overeenkomst worden gebracht, dat de prijs wordt verminderd of dat de koopovereenkomst overeenkomstig artikel 3 van de richtlijn wordt ontbonden. De consument geniet deze wettelijke garantie gedurende minimaal twee jaar vanaf de aflevering van de goederen.
Valse beweringen over de kwaliteitskenmerken van goederen zijn mogelijk ook misleidend op grond van Richtlijn 84/450/EEG van de Raad van 10 september 1984 betreffende het nader tot elkaar brengen van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der lidstaten inzake misleidende reclame (2), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 97/55/EG van het Parlement en de Raad van 6 oktober 1997 (3) teneinde ook vergelijkende reclame te regelen. Het is aan de nationale autoriteiten om uit te maken of de door het geachte parlementslid bedoelde beweringen inzake de leesbaarheid van cd-roms krachtens deze richtlijn misleidend zijn. Meer in het algemeen ligt het op de weg van de nationale autoriteiten en niet op die van de Commissie om de Gemeenschaps- en nationale wetgeving ter bescherming van de consument te handhaven.
(1) PB L 171 van 7.7.1999.
(2) PB L 250 van 19.9.1984.
(3) PB L 290 van 23.10.1997.