SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3450/03 van Ilda Figueiredo (GUE/NGL) aan de Commissie. Criteria voor structurele acties in de visserijsector.
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3450/03 van Ilda Figueiredo (GUE/NGL) aan de Commissie. Criteria voor structurele acties in de visserijsector.
27.3.2004 || NL || Publicatieblad van de Europese Unie || C NaN/286
Betreft:
Criteria voor structurele acties in de visserijsector
Op 7 februari 2002 ontving ik van commissaris Fischler antwoord op mijn vraag E-3593/01 (1) over de vaste premies voor werknemers van de vloot die in Marokkaanse wateren actief was. In zijn antwoord verklaarde hij dat de communautaire financiële steunverlening meer moest worden geconcentreerd op maatregelen die erop waren gericht de vlootcapaciteit aan te passen aan de visbestanden. Met betrekking tot Verordening nr. 2792/1999 (2) van de Raad van 17 december 1999, voegde hij hieraan nog toe dat de lidstaten in hun nationale wetgeving aanvullende voorwaarden kunnen stellen voor wat betreft de eerbiediging van de communautaire regelgeving inzake steunverlening.
Volgens de vakbond van werknemers in de visserij in Zuid-Portugal heeft de Portugese regering geen gevolg gegeven aan verzoeken om steun die waren ingediend door de vissers van Sesimbra. Het ging hierbij om de bemanningen van de "Anacleto António", "Castelo Manuel" en "José Leste", die momenteel het voorwerp zijn van een moderniserings-/omschakelingsproces. De betrokkenen hadden binnen de gestelde termijnen aanvragen ingediend voor de vaste individuele premies, en wel voor het jaar 2002. Tot op heden hebben zij geen bericht ontvangen over het gevolg dat aan hun aanvraag is gegeven.
Gezien de uitzichtloze situatie van deze vissers, die nog steeds niet de individuele vaste premies hebben ontvangen waarop genoemde verordening betrekking heeft, verzoek ik de Commissie mij mede te delen welke maatregelen zij denkt te treffen om aan deze onrechtvaardige situatie een einde te maken en tegemoet te komen aan het ernstige sociale probleem waarmee deze Portugese vissers worden geconfronteerd.
De vorige schriftelijke vraag had betrekking op artikel 12, lid 3, onder b), van Verordening (EG) nr. 2792/1999 (3); dat artikel is evenwel niet van toepassing op de vaartuigen die gevolgen ondervinden van de niet-vernieuwing van de visserijovereenkomst met Marokko, aangezien deze niet voldoen aan de eisen inzake een definitieve stopzetting van de visserijactiviteiten in de zin van artikel 7 van de reeds vermelde verordening.
De reders die eigenaar zijn van de in de nieuwe vraag bedoelde vaartuigen hebben moderniserings- en omschakelingsprojecten ingediend, die op 30 juni 2003 door de Portugese autoriteiten zijn goedgekeurd. De vissers die aan boord van de betrokken vaartuigen werkten, hebben een individuele forfaitaire premie aangevraagd.
Zoals hierboven reeds is aangegeven, komen de premies voor vissers die werkten op definitief uit de vaart genomen schepen, alleen in aanmerking voor steun uit hoofde van het Financieel Instrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV), indien is voldaan aan de voorwaarden van artikel 7 van Verordening (EG) nr. 2792/1999, wat inhoudt dat de maatregelen deel moeten uitmaken van programma's voor de vermindering van de visserijactiviteiten. In dit stadium kan evenmin een beroep worden gedaan op de specifieke maatregel van Verordening (EG) nr. 2561/2001 van de Raad (4). Aangezien een wijziging van deze verordening momenteel in behandeling is bij de Raad, is het evenwel mogelijk dat bij die gelegenheid een aantal bepalingen in het voordeel van de desbetreffende vissers zal worden gewijzigd.
(1) PB C 160 E van 4.7.2002, blz. 150.
(2) PB L 337 van 30.12.1999, blz. 10.
(3) Verordening (EG) nr. 2792/1999 van de Raad van 17 december 1999 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen en voorwaarden voor de structurele acties van de Gemeenschap in de visserijsector, PB L 337 van 30.12.1999.
(4) Verordening (EG) nr. 2561/2001 van de Raad van 17 december 2001 ter bevordering van de omschakeling van vaartuigen en vissers die tot in 1999 afhankelijk waren van de visserijovereenkomst met Marokko, PB L 344 van 28.12.2001.
Betreft:
Het definitief verdwijnen van het tropisch regenwoud en het nemen van maatregelen om roofbouw en import zonder keurmerk te verhinderen
Bron: TV Nederland 1, Netwerk, 10 november 2003.
(1) Besluit nr. 1600/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juli 2002, PB L 242 van 10.9.2002.
(2) COM(2003)251 def.