Home

Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 29 april 2004 in zaak C-91/01: Italiaanse Republiek tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen (Staatssteun — Aanbeveling inzake definitie van kleine en middelgrote ondernemingen — Kaderregeling inzake staatssteun aan kleine en middelgrote ondernemingen — Zelfstandigheidscriterium — Gewettigd vertrouwen — Rechtszekerheid)

Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 29 april 2004 in zaak C-91/01: Italiaanse Republiek tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen (Staatssteun — Aanbeveling inzake definitie van kleine en middelgrote ondernemingen — Kaderregeling inzake staatssteun aan kleine en middelgrote ondernemingen — Zelfstandigheidscriterium — Gewettigd vertrouwen — Rechtszekerheid)

30.4.2004

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 118/7


ARREST VAN HET HOF

(Vijfde kamer)

van 29 april 2004

in zaak C-91/01: Italiaanse Republiek tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen(1)

(Staatssteun - Aanbeveling inzake definitie van kleine en middelgrote ondernemingen - Kaderregeling inzake staatssteun aan kleine en middelgrote ondernemingen - Zelfstandigheidscriterium - Gewettigd vertrouwen - Rechtszekerheid)

(2004/C 118/12)

Procestaal: Italiaans

In zaak C-91/01, Italiaanse Republiek (gemachtigde: I. M. Braguglia, bijgestaan door D. Del Gaizo), domicilie gekozen hebbende te Luxemburg, tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen (gemachtigden: V. Di Bucci en J. M. Flett), domicilie gekozen hebbende te Luxemburg, betreffende een verzoek tot nietigverklaring van beschikking 2001/779/EG van de Commissie van 15 november 2000 betreffende de overheidssteun die Italië voornemens is te verlenen ten behoeve van Solar Tech srl (PB 2001, L 292, blz. 45), voorzover daarin niet is erkend dat de verhoging met 15 % bruto subsidie-equivalent voor de kleine en middelgrote ondernemingen op deze steun van toepassing is, heeft het Hof (Vijfde kamer), samengesteld als volgt: C. W. A. Timmermans, waarnemend voor de president van de Vijfde kamer, A. Rosas en S. von Bahr (rapporteur), rechters; advocaat-generaal: F. G. Jacobs, griffier: M. Múgica Arzamendi, hoofdadministrateur, op 29 april 2004 een arrest gewezen waarvan het dictum luidt als volgt:

1)

Verwerpt het beroep.

2)

Verwijst de Italiaanse Republiek in de kosten.