Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 14 oktober 2004 in zaak C-298/02: Italiaanse Republiek tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen (EOGFL — Productiesteun in sector van op basis van groenten en fruit verwerkte producten — Verordening (EEG) nr. 1558/91 — Artikel 1 — Peren en perziken — Beschikking 2002/524/EG)
Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 14 oktober 2004 in zaak C-298/02: Italiaanse Republiek tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen (EOGFL — Productiesteun in sector van op basis van groenten en fruit verwerkte producten — Verordening (EEG) nr. 1558/91 — Artikel 1 — Peren en perziken — Beschikking 2002/524/EG)
4.12.2004 | NL | Publicatieblad van de Europese Unie | C 300/9 |
ARREST VAN HET HOF
(Eerste kamer)
van 14 oktober 2004
in zaak C-298/02: Italiaanse Republiek tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen(1)
(EOGFL - Productiesteun in sector van op basis van groenten en fruit verwerkte producten - Verordening (EEG) nr. 1558/91 - Artikel 1 - Peren en perziken - Beschikking 2002/524/EG)
(2004/C 300/18)
Procestaal: Italiaans
In zaak C-298/02, betreffende een beroep tot nietigverklaring krachtens artikel 230 EG, ingesteld op 21 augustus 2002, Italiaanse Republiek (gemachtigde: I.M. Braguglia, bijgestaan door M. Fiorilli) tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen (gemachtigde: C. Cattabriga, bijgestaan door M. Moretto), heeft het Hof (Eerste kamer), samengesteld als volgt: P. Jann, kamerpresident, N. Colneric (rapporteur), J.N. Cunha Rodrigues, M. Ilešič en E. Levits, rechters; advocaat-generaal: F.G. Jacobs; griffier: R. Grass, op 14 oktober 2004 een arrest gewezen waarvan het dictum luidt als volgt:
1) | Het beroep wordt verworpen. |
2) | De Italiaanse Republiek wordt verwezen in de kosten. |