Home

Zaak C-26/05: Beschikking van het Hof (Derde kamer) van 16 februari 2006 (verzoek van het Landesgericht Korneuburg om een prejudiciële beslissing) — Plato Plastik Robert Frank GmbH tegen Caropack Handelsgesellschaft mbH (Artikel 104, lid 3, tweede alinea, van Reglement voor procesvoering — Richtlijn 94/62/EG — Verpakking en verpakkingsafval — Begrippen fabrikant van verpakking en fabrikant van verpakkingsafval — Fabrikant van plastic draagtassen)

Zaak C-26/05: Beschikking van het Hof (Derde kamer) van 16 februari 2006 (verzoek van het Landesgericht Korneuburg om een prejudiciële beslissing) — Plato Plastik Robert Frank GmbH tegen Caropack Handelsgesellschaft mbH (Artikel 104, lid 3, tweede alinea, van Reglement voor procesvoering — Richtlijn 94/62/EG — Verpakking en verpakkingsafval — Begrippen fabrikant van verpakking en fabrikant van verpakkingsafval — Fabrikant van plastic draagtassen)

1.7.2006

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 154/2


Beschikking van het Hof (Derde kamer) van 16 februari 2006 (verzoek van het Landesgericht Korneuburg om een prejudiciële beslissing) — Plato Plastik Robert Frank GmbH tegen Caropack Handelsgesellschaft mbH

(Zaak C-26/05)(1)

(Artikel 104, lid 3, tweede alinea, van Reglement voor procesvoering - Richtlijn 94/62/EG - Verpakking en verpakkingsafval - Begrippen fabrikant van verpakking en fabrikant van verpakkingsafval - Fabrikant van plastic draagtassen)

(2006/C 154/04)

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Landesgericht Korneuburg

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekster: Plato Plastik Robert Frank GmbH

Verweerster: Caropack Handelsgesellschaft mbH

Voorwerp

Verzoek om een prejudiciële beslissing — Landesgericht Korneuburg — Uitlegging van artikel 3 van richtlijn 94/62/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 1994 betreffende verpakking en verpakkingsafval (PB L 365, blz. 10) — Begrippen „producenten van verzamel-, verkoop- of verzendverpakkingen” en „leveranciers van verpakkingsmaterialen” — Fabrikant van plastic draagtassen

Dictum

1.

Artikel 3, punten 1 en 11, van richtlijn 94/62/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 1994 betreffende verpakking en verpakkingsafval, moet aldus worden uitgelegd dat de fabrikant van verpakking niet noodzakelijk degene is die goederen in verband brengt of doet brengen met de verpakking. De fabrikant van plastic draagtassen die in een winkel gratis of tegen betaling aan een klant worden verstrekt, moet als een fabrikant van verpakking worden aangemerkt.

2.

Richtlijn 94/62 moet aldus worden uitgelegd dat zij zich niet verzet tegen een nationale wettelijke regeling als het decreet van de bondsminister van Milieu, Jeugd en Gezin inzake de preventie en de terugwinning van verpakkingsafval en bepaalde resten van producten en inzake de invoering van inzamel en terugwinningsystemen, dat bepaalt dat de fabrikant van verpakking, inzonderheid van plastic draagtassen, deze na gebruik moet terugnemen of moet deelnemen aan een systeem van inzameling en terugwinning van het verpakkingsafval, tenzij een verkoper in een volgend handelsstadium deze verplichting overneemt en de fabrikant een rechtsgeldige verklaring in die zin verkrijgt.