Zaak C-205/07: Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door het hof van beroep te Gent (België) op 19 april 2007 — Strafzaak tegen Lodewijk Gysbrechts en Santurel Inter BVBA
Zaak C-205/07: Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door het hof van beroep te Gent (België) op 19 april 2007 — Strafzaak tegen Lodewijk Gysbrechts en Santurel Inter BVBA
23.6.2007 | NL | Publicatieblad van de Europese Unie | C 140/14 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door het hof van beroep te Gent (België) op 19 april 2007 — Strafzaak tegen Lodewijk Gysbrechts en Santurel Inter BVBA
(Zaak C-205/07)
(2007/C 140/23)
Procestaal: Nederlands
Verwijzende rechter
Hof van beroep te Gent
Partijen in het hoofdgeding
Lodewijk Gysbrechts en Santurel Inter BVBA
Prejudiciële vraag
Vormt de Belgische wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument een maatregel van gelijke werking zoals verboden bij de artikelen 28-30 van het Verdrag tot Oprichting van de Europese Gemeenschap, in zoverre die nationale wet in artikel 80 §3 een verbod oplegt om gedurende de verplichte verzakingstermijn een voorschot of betaling te eisen van de consument, hetwelk voor gevolg heeft dat de feitelijke invloed van de wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument niet dezelfde is voor wat betreft het verhandelen van goederen in eigen land in vergelijking met het handel drijven met onderdanen van een andere lidstaat en ontstaat er daardoor een feitelijke belemmering van het vrij verkeer van goederen, beschermd door artikel 23 van het Verdrag tot Oprichting van de Europese Gemeenschap?