Zaak T-302/07: Beroep, ingesteld op 6 augustus 2007 — Motopress/BHIM — Sony Computer Entertainment Europe (BUZZ!)
Zaak T-302/07: Beroep, ingesteld op 6 augustus 2007 — Motopress/BHIM — Sony Computer Entertainment Europe (BUZZ!)
6.10.2007 | NL | Publicatieblad van de Europese Unie | C 235/22 |
Beroep, ingesteld op 6 augustus 2007 — Motopress/BHIM — Sony Computer Entertainment Europe (BUZZ!)
(Zaak T-302/07)
(2007/C 235/41)
Taal van het verzoekschrift: Duits
Partijen
Verzoekende partij: Motopress Werbe- und Verlagsgesellschaft mbH (Wenen, Oostenrijk) (vertegenwoordiger: L. Wiltschek, advocaat)
Verwerende partij: Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen)
Andere partij in de procedure voor de kamer van beroep: Sony Computer Entertainment Europe Limited
Conclusies
— | de beslissing van de tweede kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) van 29 juni 2007 in zaak R 1468/2006-4 in die zin te wijzigen dat de oppositie tegen merkaanvraag nr. 4 441 044 wordt toegewezen; |
— | subsidiair, de bestreden beslissing te vernietigen en de zaak terug te verwijzen naar het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt; |
— | het Bureau te verwijzen in de kosten van de procedure voor de kamer van beroep en de procedure voor het Gerecht van eerste aanleg. |
Middelen en voornaamste argumenten
Aanvrager van het gemeenschapsmerk: Sony Computer Entertainment Europe Limited.
Betrokken gemeenschapsmerk: het beeldmerk „BUZZ!” voor waren en diensten van de klassen 9, 16, 28 en 41 (aanvraag nr. 4 441 044).
Houder van het oppositiemerk of -teken in de oppositieprocedure: verzoekster.
Oppositiemerk of -teken: het Oostenrijkse woordmerk „BUZZ!” voor waren en diensten van de klassen 9, 16, 35 en 38.
Beslissing van de oppositieafdeling: afwijzing van de oppositie.
Beslissing van de kamer van beroep: verwerping van het beroep.
Aangevoerde middelen: schending van artikel 74, lid 2, van verordening (EG) nr. 40/94(1) wegens niet-inaanmerkingneming van de bewijzen betreffende het bestaan van het oppositiemerk.