Home

Zaak C-76/05: Arrest van het Hof (Grote kamer) van 11 september 2007 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Finanzgericht Köln — Duitsland) — Herbert Schwarz, Marga Gootjes-Schwarz/Finanzamt Bergisch Gladbach (Artikel 8 A EG-Verdrag (thans, na wijziging, artikel 18 EG) — Europees burgerschap — Artikel 59 EG-Verdrag (thans, na wijziging, artikel 49 EG) — Vrij verrichten van diensten — Wettelijke regeling inzake inkomstenbelasting — Schoolgeld — Beperking van recht op aftrek tot aan nationale particuliere instellingen betaald schoolgeld)

Zaak C-76/05: Arrest van het Hof (Grote kamer) van 11 september 2007 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Finanzgericht Köln — Duitsland) — Herbert Schwarz, Marga Gootjes-Schwarz/Finanzamt Bergisch Gladbach (Artikel 8 A EG-Verdrag (thans, na wijziging, artikel 18 EG) — Europees burgerschap — Artikel 59 EG-Verdrag (thans, na wijziging, artikel 49 EG) — Vrij verrichten van diensten — Wettelijke regeling inzake inkomstenbelasting — Schoolgeld — Beperking van recht op aftrek tot aan nationale particuliere instellingen betaald schoolgeld)

10.11.2007

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 269/5


Arrest van het Hof (Grote kamer) van 11 september 2007 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Finanzgericht Köln — Duitsland) — Herbert Schwarz, Marga Gootjes-Schwarz/Finanzamt Bergisch Gladbach

(Zaak C-76/05)(1)

(Artikel 8 A EG-Verdrag (thans, na wijziging, artikel 18 EG) - Europees burgerschap - Artikel 59 EG-Verdrag (thans, na wijziging, artikel 49 EG) - Vrij verrichten van diensten - Wettelijke regeling inzake inkomstenbelasting - Schoolgeld - Beperking van recht op aftrek tot aan nationale particuliere instellingen betaald schoolgeld)

(2007/C 269/10)

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Finanzgericht Köln

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partijen: Herbert Schwarz, Marga Gootjes-Schwarz

Verwerende partij: Finanzamt Bergisch Gladbach

Voorwerp

Verzoek om een prejudiciële beslissing — Finanzgericht Köln — Verenigbaarheid met de artikelen 18 EG, 39 EG, 43 EG en 49 EG van nationale wettelijke regeling inzake inkomstenbelasting die belastingvermindering voor schoolgeld van kinderen alleen toekent op voorwaarde dat de kinderen in bepaalde op nationaal grondgebied gelegen instellingen school lopen — Kinderen die in instellingen van andere lidstaten school lopen

Dictum

1)

Met betrekking tot een situatie waarin belastingplichtigen van een lidstaat hun kinderen naar een in een andere lidstaat gevestigde school sturen die hoofdzakelijk uit particuliere middelen wordt gefinancierd, moet artikel 49 EG aldus worden uitgelegd dat het in de weg staat aan een regeling van een lidstaat volgens welke belastingplichtigen schoolgeld betaald aan bepaalde op het nationale grondgebied gevestigde particuliere scholen als buitengewone uitgaven voor vermindering van hun inkomstenbelasting in aanmerking kunnen laten nemen, terwijl dit voor schoolgeld betaald aan een in een andere lidstaat gevestigde particuliere school in de regel niet mogelijk is.

2)

Met betrekking tot een situatie waarin belastingplichtigen van een lidstaat hun kinderen naar een in een andere lidstaat gevestigde school sturen waarvan de activiteiten niet onder artikel 49 EG vallen, staat artikel 18 EG in de weg aan een regeling van een lidstaat volgens welke belastingplichtigen schoolgeld betaald aan bepaalde op het nationale grondgebied gevestigde scholen als buitengewone uitgaven voor vermindering van hun inkomstenbelasting in aanmerking kunnen laten nemen, terwijl dit voor schoolgeld betaald aan een in een andere lidstaat gevestigde school in de regel niet mogelijk is.