Oproep tot het indienen van voorstellen IX-2013/01 — „Subsidies aan politieke partijen op Europees niveau”
Oproep tot het indienen van voorstellen IX-2013/01 — „Subsidies aan politieke partijen op Europees niveau”
20.6.2012 | NL | Publicatieblad van de Europese Unie | C 177/32 |
Oproep tot het indienen van voorstellen IX-2013/01 — „Subsidies aan politieke partijen op Europees niveau”
2012/C 177/06
Volgens artikel 10, lid 4, van het Verdrag betreffende de Europese Unie dragen de politieke partijen op Europees niveau bij tot de vorming van een Europees politiek bewustzijn en tot de uiting van de wil van de burgers van de Unie. Voorts bepaalt artikel 224 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie dat het Europees Parlement en de Raad bij verordeningen volgens de gewone wetgevende procedure het statuut van de Europese politieke partijen, bedoeld in artikel 10, lid 4, van het Verdrag betreffende de Europese Unie, en in het bijzonder de regels inzake hun financiering vaststellen.
In die context doet het Parlement een oproep tot het indienen van voorstellen met het oog op de toekenning van subsidies aan de politieke partijen op Europees niveau.
1. RECHTSGROND
Verordening (EG) nr. 2004/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 4 november 2003 betreffende het statuut en de financiering van politieke partijen op Europees niveau (hierna „Verordening (EG) nr. 2004/2003”)(1).
Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 29 maart 2004 houdende uitvoeringsbepalingen van verordening (EG) nr. 2004/2003 (hierna „Besluit van het Bureau”)(2).
Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (hierna „Financieel Reglement”)(3).
Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 van de Commissie van 23 december 2002 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (hierna „Uitvoeringsvoorschriften van het Financieel Reglement”)(4).
2. DOELSTELLING
Artikel 2 van het Besluit van het Bureau bepaalt, „Het Europees Parlement publiceert elk jaar vóór het verstrijken van het eerste halfjaar een oproep tot het indienen van voorstellen met het oog op de verlening van subsidie ter financiering van partijen en stichtingen. In deze oproep wordt bekendgemaakt aan welke criteria moet worden voldaan om in aanmerking te komen voor subsidie, op welke wijze de financiering door de Gemeenschap geschiedt en wat het tijdschema is voor de subsidietoekenningsprocedure.”
De onderhavige oproep tot het indienen van voorstellen heeft betrekking op de verzoeken om financiering voor het begrotingsjaar 2013 en dekt activiteiten tijdens de periode van 1 januari 2013 tot 31 december 2013. De subsidie is bestemd ter financiering van het jaarlijkse werkprogramma van de begunstigde.
3. ONTVANKELIJKHEID
Alleen schriftelijke aanvragen die overeenkomstig het in bijlage 1 bij bovengenoemd besluit van het Bureau opgenomen aanvraagformulier zijn opgesteld en die vóór de vastgestelde termijn aan de voorzitter van het Europees Parlement zijn toegestuurd, komen voor financiering in aanmerking.
4. CRITERIA EN BEWIJSSTUKKEN
4.1. Subsidiabiliteitscriteria
Om voor subsidie in aanmerking te komen, moet een politieke partij op Europees niveau voldoen aan de voorwaarden van artikel 3, lid 1, van Verordening (EG) nr. 2004/2003, namelijk:
a) | zij bezit rechtspersoonlijkheid in de lidstaat waar haar zetel gevestigd is, |
b) | zij is in ten minste een vierde van de lidstaten vertegenwoordigd door leden van het Europees Parlement, of leden van nationale dan wel regionale parlementen, of leden van regionale assemblees, of zij heeft in ten minste een vierde van de lidstaten bij de laatste verkiezingen voor het Europees Parlement ten minste drie percent van de in ieder van die lidstaten uitgebrachte stemmen behaald, |
c) | met name in haar programma en optreden eerbiedigt zij de beginselen waarop de Europese Unie is gegrondvest te weten vrijheid, democratie, eerbiediging van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden alsmede de rechtsstaat, |
d) | zij heeft deelgenomen aan de verkiezingen voor het Europees Parlement of heeft haar voornemen hiertoe te kennen gegeven. |
Voor de toepassing van de bepalingen van Verordening (EG) nr. 2004/2003 kan een lid van het Europees Parlement slechts lid zijn van één politieke partij op Europees niveau (artikel 10, lid 1, laatste alinea, van Verordening (EG) nr. 2004/2003).
Gezien het bovenstaande worden de politieke partijen in kennis gesteld van het feit dat vanaf het begrotingsjaar 2013 het Europees Parlement de bepaling in artikel 3, lid 1, onder b), zodanig toepast dat een lid van het Europees Parlement enkel lid kan zijn van de politieke partij op Europees niveau waarvan zijn nationale politieke partij lid is.
4.2. Uitsluitingscriteria
Aanvragers moeten tevens verklaren dat de politieke partij zich niet in een van de situaties bevindt die worden genoemd in artikel 93, lid 1, en artikel 94 van het Financieel Reglement.
4.3. Selectiecriteria
Aanvragers moeten bewijzen dat de politieke partij over de nodige wettelijke bevoegdheden en financiële middelen beschikt om het in het aanvraagformulier beschreven werkprogramma ten uitvoer te leggen en beheerstechnisch en organisatorisch in staat is dit programma tot een goed einde te brengen.
4.4. Toekenningscriteria
Overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EG) nr. 2004/2003 worden de beschikbare kredieten voor het begrotingsjaar 2013 als volgt verdeeld over de politieke partijen op Europees niveau waarvan het verzoek in het licht van de subsidiabiliteits-, uitsluitings- en selectiecriteria werd ingewilligd:
a) | 15 % wordt gelijkelijk verdeeld, |
b) | 85 % wordt verdeeld over de partijen waarvan vertegenwoordigers zetelen in het Europees Parlement, in verhouding tot het aantal gekozen leden. |
4.5. Bewijsstukken
Met het oog op de toetsing van hun aanvraag aan de bovengenoemde criteria moeten aanvragers de volgende bewijsstukken verstrekken:
a) | het origineel van de aanvraagbrief met vermelding van het aangevraagde subsidiebedrag, |
b) | het in bijlage 1 bij het besluit van het Bureau opgenomen aanvraagformulier, naar behoren ingevuld en ondertekend (met inbegrip van de schriftelijke verklaring op erewoord), |
c) | het statuut van de politieke partij, |
d) | een officieel registratiebewijs, |
e) | een recent bestaansbewijs van de partij, |
f) | de lijst van bestuurders/leden van de raad van bestuur (namen en voornamen, nationaliteiten, titels of functies binnen de aanvragende partij), |
g) | documenten waaruit blijkt dat de aanvrager voldoet aan de voorwaarden van artikel 3, lid 1, letter b), van Verordening (EG) nr. 2004/2003(5), |
h) | documenten waaruit blijkt dat de aanvrager voldoet aan de voorwaarden van artikel 3, lid 1, letter d), van Verordening (EG) nr. 2004/2003, |
i) | het programma van de politieke partij, |
j) | een algemeen financieel overzicht over 2011, gecertificeerd door een externe controle-instantie(6), |
k) | een voorlopige operationele begroting voor de periode van 1 januari 2013 tot 31 december 2013, met daarin vermeld de uitgaven die in aanmerking komen voor financiering ten laste van de EU-begroting. |
Met betrekking tot de punten c), d), f), h) en i) volstaat een verklaring op erewoord dat de situatie in vergelijking met de vorige aanvraag niet is gewijzigd.
5. FINANCIERING UIT DE EU-BEGROTING
De kredieten voor artikel 402 van de EU-begroting „Steun aan de Europese politieke partijen” voor 2013 worden geraamd op 21 794 200 EUR. Deze kredieten moeten door de begrotingsautoriteit worden goedgekeurd.
De door het Europees Parlement toegekende financiële steun mag niet meer bedragen dan 85 % van de begroting van een politieke partij op Europees niveau. De bewijslast berust bij de politieke partij.
De financiering heeft de vorm van een subsidie voor huishoudelijke uitgaven als bedoeld in het Financieel Reglement en in de uitvoeringsvoorschriften van het Financieel Reglement. De betalingsvoorwaarden en de verplichtingen in verband met het gebruik van de subsidie worden vastgesteld in het besluit tot toekenning van de subsidie, waarvan een model in bijlage 2a bij het besluit van het Bureau is opgenomen.
6. PROCEDURE EN TERMIJN VOOR DE INDIENING VAN VOORSTELLEN
6.1. Termijn en voorwaarden voor de indiening van voorstellen
De uiterste indieningsdatum van de aanvragen is vastgesteld op 30 september 2012. Aanvragen die na deze datum worden ingediend, worden niet in aanmerking genomen.
De aanvragen moeten:
a) | opgesteld zijn op het formulier voor subsidieaanvraag (bijlage 1 bij het besluit van het Bureau), |
b) | ondertekend zijn door de aanvrager of diens naar behoren gevolmachtigde vertegenwoordiger, |
c) | worden verzonden in een dubbele enveloppe. Beide enveloppen moeten gesloten zijn. Op de binnenste enveloppe moet, naast de vermelding van de in de oproep tot het indienen van voorstellen genoemde ontvangende dienst, de volgende tekst worden aangebracht: «APPEL À PROPOSITIONS — SUBVENTIONS 2013 AUX PARTIS POLITIQUES AU NIVEAU EUROPÉEN À NE PAS OUVRIR PAR LE SERVICE DU COURRIER NI PAR AUCUNE PERSONNE NON HABILITÉE» Indien zelfklevende enveloppen worden gebruikt, worden deze gesloten met plakband waaroverheen de afzender zijn handtekening zet. Als handtekening van de afzender geldt niet alleen zijn handgeschreven handtekening, maar ook het stempel van zijn organisatie, Op de buitenste enveloppe wordt het adres van de afzender vermeld. Deze enveloppe wordt geadresseerd aan:
Op de binnenste enveloppe wordt het volgende adres vermeld:
|
d) | uiterlijk worden verzonden op de in de oproep tot het indienen van voorstellen vermelde uiterste datum, hetzij per aangetekende post, waarbij de datum van het poststempel als bewijs geldt, hetzij per koeriersdienst, tegen een gedagtekend ontvangstbewijs. |
6.2. Indicatieve procedure en termijnen
Ten aanzien van de toekenning van subsidies aan de politieke partijen op Europees niveau door het Europees Parlement zijn de volgende procedures en termijnen van toepassing:
a) | indiening van de aanvraag bij het Europees Parlement (uiterlijk op 30 september 2012), |
b) | onderzoek en selectie door de diensten van het Europees Parlement. Alleen ontvankelijke aanvragen worden getoetst aan de in de oproep tot het indienen van voorstellen vastgestelde subsidiabiliteits-, uitsluitings- en selectiecriteria, |
c) | vaststelling van het besluit tot toekenning van de subsidie door het Bureau van het Europees Parlement (in principe vóór 1 januari 2013 zoals bepaald in artikel 4 van het besluit van het Bureau) en kennisgeving van het resultaat aan de aanvragers, |
d) | uitbetaling van een voorfinanciering van 80 % (binnen 15 dagen na het besluit tot toekenning van de subsidie). |
6.3. Nadere informatie
De volgende teksten zijn beschikbaar op de internetpagina van het Europees Parlement: http://www.europarl.europa.eu/tenders/invitations.htm:
a) | Verordening (EG) nr. 2004/2003, |
b) | Besluit van het Bureau, |
c) | formulier voor subsidieaanvraag (bijlage 1 bij het besluit van het Bureau). |
Alle vragen in verband met de onderhavige oproep tot het indienen van voorstellen moeten, met een verwijzing naar de referentie van de publicatie, per elektronische post worden toegezonden aan het volgende adres: fin.part.fond.pol@europarl.europa.eu
6.4. Verwerking van persoonsgegevens
In overeenstemming met Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad(7) worden de persoonsgegevens die in het aanvraagformulier of de bijlagen vermeld staan, verwerkt volgens de beginselen van eerlijkheid, rechtmatigheid en evenredigheid met het expliciete en legitieme doel van de procedure. Voor de verwerking van de aanvraag en ten behoeve van de bescherming van de financiële belangen van de Europese Unie, kunnen de persoonsgegevens worden verwerkt door de bevoegde diensten en organen van het Europees Parlement en worden doorgegeven aan interne auditdiensten, de Europese Rekenkamer, de gespecialiseerde instantie voor financiële onregelmatigheden of aan het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF).
De namen van de leden en vertegenwoordigers van een Europese politieke partij die in de financieringsaanvraag worden aangehaald om te voldoen aan het vertegenwoordigingscriterium van artikel 3.b van Verordening (EG) nr. 2004/2003, kunnen door het Europees Parlement worden gepubliceerd of openbaar worden gemaakt overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1049/2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement(8). De politieke partijen worden verzocht om bij hun aanvraag een door de betrokken leden of vertegenwoordigers van de partij ondertekende verklaring te voegen waarin zij verklaren op de hoogte te zijn gesteld van en akkoord te gaan met de openbaarmaking van hun naam.
Alle betrokken personen mogen zich tot de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming (edps@edps.europa.eu) wenden om beroep in te stellen.