Home

BESLUIT VAN DE TOEZICHTHOUDENDE AUTORITEIT VAN DE EVA Nr. 67/94/COL van 27 juni 1994 houdende vaststelling van de methoden voor de controles betreffende het behoud van de status van als officieel tuberculosevrij erkend rundveebeslag in bepaalde EVA-Staten

BESLUIT VAN DE TOEZICHTHOUDENDE AUTORITEIT VAN DE EVA Nr. 67/94/COL van 27 juni 1994 houdende vaststelling van de methoden voor de controles betreffende het behoud van de status van als officieel tuberculosevrij erkend rundveebeslag in bepaalde EVA-Staten

BESLUIT VAN DE TOEZICHTHOUDENDE AUTORITEIT VAN DE EVA Nr. 67/94/COL van 27 juni 1994 houdende vaststelling van de methoden voor de controles betreffende het behoud van de status van als officieel tuberculosevrij erkend rundveebeslag in bepaalde EVA-Staten

Publicatieblad Nr. L 247 van 22/09/1994 blz. 0041 - 0042


BESLUIT VAN DE TOEZICHTHOUDENDE AUTORITEIT VAN DE EVA Nr. 67/94/COL van 27 juni 1994 houdende vaststelling van de methoden voor de controles betreffende het behoud van de status van als officieel tuberculosevrij erkend rundveebeslag in bepaalde EVA-Staten

DE TOEZICHTHOUDENDE AUTORITEIT VAN DE EVA,

Gelet op de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, als gewijzigd bij het Protocol tot aanpassing van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, met name op artikel 17, en Protocol nr. 1, lid 4, onder d),

Gelet op het in hoofdstuk I, punt 1, van bijlage I van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte bedoelde besluit inzake veterinairrechtelijke vraagstukken op het gebied van het intracommunautaire handelsverkeer in runderen en varkens (Richtlijn 64/432/EEG van de Raad, hierna "Besluit runderen en varkens" te noemen), met name op artikel 3, lid 14,

Gelet op de Overeenkomst tussen de EVA-Staten betreffende de oprichting van een Toezichthoudende Autoriteit en een Hof van Justitie, als gewijzigd bij het Protocol tot aanpassing van de Overeenkomst tussen de EVA-Staten betreffende de oprichting van een Toezichthoudende Autoriteit en een Hof van Justitie, met name op artikel 5, lid 2, onder d), en Protocol nr. 1, artikel 1, onder e),

Overwegende dat Finland volgens een brief van 7 maart 1994, Zweden volgens een brief van 28 april 1994 en Noorwegen volgens een brief van 29 april 1994 van oordeel zijn dat zij voldoen aan de in artikel 3, lid 14, van het Besluit runderen en varkens vastgestelde eisen;

Overwegende dat meer van 99,9 % van de rundveebeslagen in Finland, Noorwegen en Zweden als officieel tuberculosevrij in de zin van artikel 2, onder d), van het Besluit runderen en varkens is erkend en sedert ten minste tien jaar aan de voorwaarden voor erkenning voldoet;

Overwegende dat in de laatste zes jaar in Finland, Noorwegen en Zweden jaarlijks bij ten hoogste één beslag op 10 000 rundertuberculose is geconstateerd;

Overwegende dat bij alle in Finland, Noorwegen en Zweden geslachte runderen, met uitzondering van de runderen die op het bedrijf zelf voor eigen verbruik worden geslacht, een keuring na het slachten wordt verricht door een officiële dierenarts;

Overwegende dat controlemaatregelen moeten worden vastgesteld om na te gaan of nog steeds aan de voorwaarden voor erkenning wordt voldaan en dat deze maatregelen afgestemd moeten zijn op de speciale gezondheidssituatie van de rundveebeslagen in Finland, Noorwegen en Zweden;

Overwegende dat de in dit besluit vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Veterinair Comité van de EVA dat de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA bijstaat,

BESLUIT:

1. In afwijking van bijlage A, deel I, onder b), van het Besluit runderen en varkens mogen de in de bijlage bij dit besluit genoemde EVA-Staten of regio's daarvan een rundveebeslag als officieel tuberculosevrij blijven erkennen indien aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

1.1. er dient een identificatieregeling te worden opgezet aan de hand waarvan voor elk rund de beslagen van oorsprong en van doorgang kunnen worden achterhaald;

1.2. bij elk geslacht rund moet, behalve wanneer het op het bedrijf zelf wordt geslacht voor eigen verbruik, een keuring na het slachten worden verricht door een officiële dierenarts;

1.3. telkens wanneer besmetting met tuberculose wordt vermoed bij een levend of een dood/geslacht dier, moet daarvan aangifte worden gedaan bij de bevoegde autoriteiten;

1.4. telkens wanneer besmetting wordt vermoed, dienen de bevoegde autoriteiten de nodige onderzoeken te verrichten om het vermoeden te bevestigen of te weerleggen; daarbij moeten ook de beslagen van oorsprong en van doorgang worden opgespoord. Indien bij de keuring na het slachten of bij het slachten laesies worden geconstateerd op grond waarvan tuberculose kan worden vermoed, zien de bevoegde autoriteiten erop toe dat de nodige laboratoriumtests worden verricht;

1.5. de erkenning als officieel tuberculosevrij beslag van de beslagen van oorsprong en van doorgang van een vermoedelijk besmet rund wordt geschorst en blijft geschorst totdat op grond van klinisch onderzoek of laboratoriumtests of van tuberculinetests besmetting met rundertuberculose is uitgesloten;

1.6. indien het vermoeden van besmetting met tuberculose wordt bevestigd door tuberculinetests of door klinisch onderzoek of laboratoriumtests, wordt de erkenning als officieel tuberculosevrij beslag van de beslagen van oorsprong en van doorgang ingetrokken.

2. De erkenning als officieel tuberculosevrij beslag blijft ingetrokken totdat:

2.1. alle dieren die als besmet worden beschouwd, uit het beslag zijn verwijderd,

2.2. de gebouwen en het gereedschap zijn ontsmet,

en

2.3. alle resterende runderen van meer dan zes weken negatief hebben gereageerd op ten minste twee officiële intradermale tuberculinetests overeenkomstig bijlage B bij het Besluit runderen en varkens, waarbij de eerste test moet zijn verricht ten minste zes maanden nadat het laatste besmette dier uit het beslag is verwijderd en de tweede ten minste zes maanden na de eerste.

3. Jaarlijks moet aan de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA het aantal beslagen worden medegedeeld waarvan de erkenning is ingetrokken, d.i. het aantal beslagen van oorsprong of van doorgang waarvan ten minste één rund heeft deel uitgemaakt waarbij Mycobacterium bovis is geconstateerd. De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA kan, met inachtneming van de verkregen informatie, een besluit nemen overeenkomstig artikel 3, lid 14, tweede alinea, van het Besluit runderen en varkens.

4. Dit besluit treedt in werking op 1 juli 1994.

5. Dit besluit is gericht tot Finland, Zweden en Noorwegen.

6. Van dit besluit is de tekst in de Engelse taal authentiek.

Gedaan te Brussel, 27 juni 1994.

Voor de Toezichthoudende

Autoriteit van de EVA

Pekka SÄILÄ

Lid van het College

BIJLAGE

Regio's die rundveebeslagen als officieel tuberculosevrij mogen blijven erkennen op grond van artikel 3, lid 14, van het Besluit runderen en varkens

Finland: alle regio's

Noorwegen: alle regio's

Zweden: alle regio's.