Home

Wet dieren

Geldig van 1 juli 2018 tot 1 november 2018
Geldig van 1 juli 2018 tot 1 november 2018

Wet dieren

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 01-07-2018 tot 01-11-2018]

Aanhef

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het wenselijk is ter uitvoering van Europese verplichtingen en in het belang van de gezondheid en het welzijn van dieren en in dat van de volksgezondheid, regels te stellen betreffende dieren, in het bijzonder door de mens gehouden dieren, onder erkenning van de intrinsieke waarde van het dier en acht slaand op ethische aspecten in relatie tot biotechnologie, en daarbij, uitdrukking gevend aan de samenhang met die regels, te betrekken regels omtrent diervoeders, diergeneesmiddelen en de diergeneeskunde, en aldus mede te kunnen voorzien in effectieve en eenduidige maatregelen teneinde de naleving van deze regels te bevorderen, dat het voorts wenselijk is regels te stellen ter bevordering van de zuiverheid van de in Nederland gefokte rassen en de afzet van dierlijke producten, en ter bescherming van het milieu in relatie tot het gebruik van diervoeders en het toepassen van diergeneesmiddelen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Hoofdstuk 1. Algemeen deel

§ 1. Algemeen

Artikel 1.1. Begripsbepalingen

1.

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • beroepsmatig verrichten van diergeneeskundige handelingen: het als economische activiteit verlenen van diensten aan derden in de vorm van het verrichten van diergeneeskundige handelingen;

  • biologisch diagnosticum: diergeneesmiddel dat is bereid uit of met behulp van micro-organismen of parasieten en dat al dan niet vermengd met andere substanties is bestemd voor gebruik ter onderkenning van een dierziekte, zoönose of ziekteverschijnsel of de immunologische status van dieren;

  • dierenarts: degene die is ingeschreven in het register, bedoeld in artikel 4.3, en:

    1. 1°.

      aan wie op grond van het afleggen van een examen van een opleiding in het wetenschappelijk onderwijs door een universiteit dan wel de Open Universiteit waarop de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek betrekking heeft, de graad Master op het gebied van de diergeneeskunde is verleend;

    2. 2°.

      die in het bezit is van een getuigschrift waaruit blijkt dat hij het afsluitend examen van de opleiding diergeneeskunde, bedoeld in de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, met goed gevolg heeft afgelegd, of

    3. 3°.

      die in het bezit is van een door een bevoegde instelling van een lidstaat van de Europese Unie, van een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, of van Zwitserland verleende titel na een opleiding op het gebied van de diergeneeskunde, welke voldoet aan bij ministeriële regeling gestelde eisen;

  • diergeneeskundige handeling: een van de volgende handelingen bij of met betrekking tot dieren:

    1. 1°.

      het voorschrijven of uitvoeren van een behandeling of het onderzoeken van een dier, met het oog op het voorkomen, genezen, verzachten, onderkennen of opheffen van een aandoening, dierziekte, zoönose, ziekteverschijnsel, gebrek, of van in- of uitwendig letsel of pijn;

    2. 2°.

      het voorschrijven of toepassen van een diergeneesmiddel of diervoeder met medicinale werking;

    3. 3°.

      het voorschrijven of toepassen van een verdoving of bedwelming;

    4. 4°.

      het verlenen van hulp met betrekking tot de geboorte of verwijdering van een vrucht;

    5. 5°.

      het onvruchtbaar maken;

    6. 6°.

      het winnen en overzetten van embryo’s of eicellen, en

    7. 7°.

      het verrichten van lichamelijke ingrepen ter uitvoering van de handelingen, bedoeld in de onderdelen 1° tot en met 6°, alsmede andere lichamelijke ingrepen;

  • diergeneesmiddel: elke samenstelling van enkelvoudige of meervoudige substanties die:

    1. 1°.

      op enigerlei wijze wordt gepresenteerd als te beschikken over therapeutische of profylactische eigenschappen met betrekking tot ziekten bij dieren, of

    2. 2°.

      bij dieren kan worden toegepast om:

      1. fysiologische functies te herstellen, te verbeteren of te wijzigen door een farmacologisch, immunologisch of metabolisch effect te bewerkstelligen, of

      2. een medische diagnose te stellen;

  • dierlijke producten: van dieren afkomstige producten, al dan niet bewerkt of verwerkt, en daarvan afgeleide producten, met inbegrip van levende producten als broedeieren, sperma, eicellen en embryo’s;

  • dierlijke bijproducten: niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke producten;

  • diervoeder: elke stof, elk product of elke samenstelling van stoffen of producten die bestemd is om te worden gebruikt voor voedering aan dieren, onverminderd de toepassing van een andersluidende definitie in een EU-verordening;

  • diervoeder met medicinale werking: elk mengsel van een diergeneesmiddel en een diervoeder dat vóór het in de handel brengen is bereid en is bestemd om als zodanig vanwege de therapeutische, profylactische of andere onder het begrip diergeneesmiddel bedoelde eigenschappen van het geneesmiddel aan dieren te worden toegediend;

  • entstof: diergeneesmiddel dat bereid is uit of met behulp van micro-organismen of parasieten en dat al dan niet vermengd met andere substanties, is bestemd voor gebruik ter voorkoming of genezing van een infectieziekte of een parasitaire ziekte bij dieren door actieve immunisatie;

  • EU-besluit: besluit als bedoeld in artikel 288 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie;

  • EU-rechtshandeling: EU-verordening, EU-richtlijn of EU-besluit;

  • EU-richtlijn: richtlijn als bedoeld in artikel 288 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie;

  • EU-verordening: verordening als bedoeld in artikel 288 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie;

  • homeopathisch diergeneesmiddel: diergeneesmiddel dat volgens een Europese Farmacopee of, bij ontstentenis daarvan, volgens een in een staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte officieel gebruikte farmacopee beschreven homeopathisch fabricageprocédé wordt verkregen uit een uit homeopathische grondstof bestaande substantie;

  • houder: eigenaar, houder of hoeder;

  • immunologisch diergeneesmiddel: diergeneesmiddel dat wordt toegediend om actieve of passieve immuniteit tot stand te brengen of de mate van immuniteit te bepalen;

  • kadavers: lichamen van dode dieren die niet worden verwerkt tot voor menselijke consumptie bestemde producten;

  • lichamelijke ingreep: ingreep bij een dier, waarbij de natuurlijke samenhang van levende weefsels wordt verbroken, met inbegrip van het afnemen van bloed en het geven van injecties, en met uitzondering van het doden van een dier;

  • Onze Minister: Onze Minister van Economische Zaken;

  • Onze Ministers: Onze Minister en Onze Minister van Veiligheid en Justitie gezamenlijk;

  • serum: diergeneesmiddel dat bereid is uit bloed of lymfe van dieren dan wel afkomstig is uit dierlijke producten en dat, al dan niet vermengd met andere substanties, is bestemd voor toepassing ter voorkoming of genezing van een infectieziekte of een parasitaire ziekte bij dieren door passieve immunisatie;

  • substantie: stof, of een mengsel van stoffen, van menselijke, dierlijke, plantaardige of chemische oorsprong, daaronder begrepen dieren, planten, delen van dieren of planten alsmede micro-organismen en virussen;

  • voormengsel voor diervoeder met medicinale werking: elk diergeneesmiddel dat van tevoren is bereid om later verwerkt te worden in diervoeders met medicinale werking;

  • ziekteverwekker: micro-organisme dat, onderscheidenlijk parasiet of andere biologische eenheid die, een dierziekte of zoönose kan veroorzaken.

2.

Onder handel wordt mede verstaan: het bezit met het oog op verkoop, met inbegrip van het aanbieden, enige vorm van al dan niet gratis overdracht aan derden, alsmede de verkoop en andere vormen van overdracht zelf.

Artikel 1.2. Reikwijdte

Artikel 1.3. Intrinsieke waarde

Artikel 1.4. Algemene zorgplicht [Nog niet in werking]

Hoofdstuk 2. Dieren

§ 1. Handelingen met dieren

Artikel 2.1. Dierenmishandeling

Artikel 2.2. Houden van dieren

Artikel 2.3. Gebruik van dieren

Artikel 2.4. Identificatie van dieren [Nog niet in werking]

Artikel 2.5. Vervoer van dieren

Artikel 2.6. Fokken van dieren

Artikel 2.7. Handel in dieren

Artikel 2.8. Diergeneeskundige handelingen

Artikel 2.9. Bevoegdheid tot het verrichten van diergeneeskundige handelingen

Artikel 2.10. Doden van dieren

Artikel 2.11. Verbod op opzettelijke besmetting [Nog niet in werking]

Artikel 2.12. Meldingsplicht dierziekten en zoönosen [Nog niet in werking]

Artikel 2.13. Verbod op het gebruik van dieren als prijs

Artikel 2.14. Verbod op dierengevechten

Artikel 2.15. Wedstrijden met dieren

Artikel 2.16. Vertoning dieren

§ 2. Regels over diervoeders

Artikel 2.17. Veiligheid en deugdelijkheid diervoeders

Artikel 2.18. Nadere regels over diervoeders

§ 3. Regels over diergeneesmiddelen

Artikel 2.19. Vergunning ten aanzien van diergeneesmiddelen

Artikel 2.20. Diergeneesmiddelen

Artikel 2.21. Kanalisatie

Artikel 2.22. Gebruik ziekteverwekkers

§ 4. Biotechnologie

Artikel 2.23. Vergunning biotechnologie

Artikel 2.24

§ 5. Overig

Artikel 2.25. Verboden substanties

Hoofdstuk 3. Dierlijke producten

§ 1. Algemene regels over dierlijke producten

Artikel 3.1. Algemeen

Artikel 3.2. Productie van vlees

§ 2. Aanvullende regels over dierlijke bijproducten

Artikel 3.3. Werkgebieden

Artikel 3.4. Verplichtingen in werkgebieden

Artikel 3.5. Kadavers gezelschapsdieren

Artikel 3.6. Vergoedingen

Hoofdstuk 4. Toelating beroepen in de uitoefening van de diergeneeskunde

Artikel 4.1. Toelating dierenartsen en andere personen

Artikel 4.2. Zorgplichten

Artikel 4.3. Register

Artikel 4.4. Titelbescherming

Artikel 4.5. Specialismen

Hoofdstuk 5. Maatregelen

§ 1. Algemeen

Artikel 5.1. Algemene bevoegdheid

Artikel 5.2. Spoedeisendheid

§ 2. Preventie en bestrijding van besmettelijke dierziekten, zoönosen en ziekteverschijnselen

Artikel 5.3. Aanwijzing dierziekten, zoönosen en ziekteverschijnselen [Nog niet in werking]

Artikel 5.4. Dieren [Nog niet in werking]

Artikel 5.5. Producten en voorwerpen [Nog niet in werking]

Artikel 5.6. Gebouwen, ruimten, terreinen en gebieden [Nog niet in werking]

Artikel 5.7. Afwijking andere regelgeving [Nog niet in werking]

Artikel 5.8. Medewerking burgemeesters [Nog niet in werking]

Artikel 5.9. Bevoegdheden ten behoeve van onderzoek [Nog niet in werking]

§ 3. Bestuurlijke maatregelen

Artikel 5.10. Dieren en producten

Artikel 5.11. Diervoeders, diergeneesmiddelen en samenstellingen daarvan

Artikel 5.12. Bedrijven, inrichtingen en locaties

Artikel 5.13. Bevoegdheden burgemeester

Artikel 5.14. Kosten

Artikel 5.15. Meldingsplicht onregelmatigheden

Hoofdstuk 6. Uitvoering EU-rechtshandelingen

Artikel 6.1. EU-rechtshandelingen

Artikel 6.2. Strafbaarstelling overtredingen EU-verordeningen

Artikel 6.3. Aanwijzing bevoegde instanties EU-verordeningen

Artikel 6.4. Niveau delegatie regelgeving ter uitvoering van bindende onderdelen van EU-verordeningen of EU-besluiten

Artikel 6.5. Mededeling wijziging EU-rechtshandelingen

Hoofdstuk 7. Vergunningen, erkenningen, toestemmingen, toelatingen, registraties, meldingen en registers

Artikel 7.1. Grondslag

Artikel 7.2. Register

Artikel 7.3. Verlening en wijziging

Artikel 7.4. Geldingsduur

Artikel 7.5. Voorschriften en beperkingen

Artikel 7.6. Procedure

Artikel 7.7. Adviescommissies

Artikel 7.8. Verlenging, schorsing en intrekking

Artikel 7.9. Mededeling

Hoofdstuk 8. Handhaving

§ 1. Toezicht

Artikel 8.1. Aanwijzing toezichthouders

Artikel 8.2. Aanvullende toezichtsbevoegdheden

Artikel 8.3. Monsterneming

Artikel 8.4. Medewerkingsplicht

§ 2. Herstelmaatregelen

Artikel 8.5. Bestuursdwang

§ 3. Bestuurlijke boete

Artikel 8.6. Definities

Artikel 8.7. Bevoegdheid

Artikel 8.8. Hoogte bestuurlijke boete

Artikel 8.9 [Vervallen per 01-07-2018]

Artikel 8.10. Samenloop met strafrecht

§ 4. Strafrechtelijke handhaving

Artikel 8.11. Strafbaarstelling

Artikel 8.12. Strafmaat

Artikel 8.13. Uitoefening diergeneeskunde ondanks tuchtrechtelijke ontzegging

Artikel 8.14. Aanwijzing opsporingsambtenaren

§ 5. Veterinair tuchtrecht

Artikel 8.15. Indiening klacht

Artikel 8.16. Veterinair tuchtcollege

Artikel 8.17. Benoeming leden college

Artikel 8.18. Verwantschap leden college

Artikel 8.19. Rechtspositie leden college

Artikel 8.20. Ambtsverwaarlozing

Artikel 8.21. Geheimhouding

Artikel 8.22. Vergoedingen

Artikel 8.23. Voorlopig onderzoek

Artikel 8.24. Samenstelling tuchtcollege bij zitting

Artikel 8.25. Openbaarheid behandeling

Artikel 8.26. Horen van beklaagde

Artikel 8.27. Getuigen en deskundigen

Artikel 8.28. Voegen en splitsen van behandeling van klachten

Artikel 8.29. Wraking leden tuchtcollege

Artikel 8.30. Beslissingen veterinair tuchtcollege

Artikel 8.31. Tuchtrechtelijke maatregelen

Artikel 8.32. Gegrondverklaring zonder oplegging van een maatregel

Artikel 8.33. Nadere eisen aan beslissing

Artikel 8.34. Nietigheid beslissingen college

Artikel 8.35. Beroep

Artikel 8.36. Veterinair beroepscollege

Artikel 8.37. Samenstelling beroepscollege bij zitting

Artikel 8.38. Procedurele aspecten bij beroepszaken

Artikel 8.39. Beslissingen in beroep

Artikel 8.40. Nadere eisen aan beslissingen in beroep

Artikel 8.41. Acties wegens vertraging

Artikel 8.42. Herstel van opgelegde ontzegging

Artikel 8.43. Nadere regels voor de goede uitvoering van tuchtrecht

§ 6. Gidsen voor goede praktijken

Artikel 8.44. Gidsen voor goede praktijken

§ 7. Overig

Artikel 8.45. Tuchtrechtelijke handhaving en medebewindsregelgeving

Artikel 8.46. Voorschriften in Engelse taal

Hoofdstuk 9. Financiën

§ 1. Retributies

Artikel 9.1. Retributies algemeen

§ 2. Diergezondheidsfonds

Artikel 9.2. Algemeen [Nog niet in werking]

Artikel 9.3. Ontvangsten en saldi Diergezondheidsfonds [Nog niet in werking]

Artikel 9.4. Betalingen uit Diergezondheidsfonds [Nog niet in werking]

§ 3. Tegemoetkomingen

Artikel 9.5. Reikwijdte [Nog niet in werking]

Artikel 9.6. Voorwaarden tegemoetkoming [Nog niet in werking]

Artikel 9.7. Gevallen van uitsluiting of vermindering tegemoetkoming [Nog niet in werking]

Artikel 9.8. Hoogte tegemoetkoming [Nog niet in werking]

Artikel 9.9. Deskundige waardevaststelling [Nog niet in werking]

Artikel 9.10. Tegemoetkoming schade gebouwen, terreinen, voorwerpen [Nog niet in werking]

Artikel 9.11. Tegemoetkoming schade bijzondere gevallen [Nog niet in werking]

Artikel 9.12. Vergoeding kosten verzorging [Nog niet in werking]

§ 4. Diergezondheidsheffing

Artikel 9.13. Begripsbepalingen [Nog niet in werking]

Artikel 9.14. Doel diergezondheidsheffing [Nog niet in werking]

Artikel 9.15. Heffing houden van dieren in de uitoefening van een bedrijf [Nog niet in werking]

Artikel 9.16. Heffing houden van dieren anders dan in de uitoefening van een bedrijf [Nog niet in werking]

Artikel 9.17. Heffingplichtigen houden van dieren [Nog niet in werking]

Artikel 9.18. Heffingsgrondslag houden van dieren [Nog niet in werking]

Artikel 9.19. Heffing andere handelingen dan houden van dieren [Nog niet in werking]

Artikel 9.20. Heffingplichtigen andere handelingen dan houden van dieren [Nog niet in werking]

Artikel 9.21. Heffingsgrondslag broedeieren [Nog niet in werking]

Artikel 9.22. Vaststelling plafondbedragen [Nog niet in werking]

Artikel 9.23. Berekening tarief houden van dieren [Nog niet in werking]

Artikel 9.24. Berekening tarief overige handelingen [Nog niet in werking]

Artikel 9.25. Vaststelling tarieven [Nog niet in werking]

Artikel 9.26. Heffingswijze [Nog niet in werking]

Artikel 9.27. Goedkeuring bij wet [Nog niet in werking]

Artikel 9.28. Plafondbedragen jaren 2018 en 2019 [Nog niet in werking]

Artikel 9.29. Toepassing plafondbedragen met ingang van 2020 [Nog niet in werking]

Hoofdstuk 10. Overig

Artikel 10.1. Vrijstelling en ontheffing

Artikel 10.2. Regels over onderzoeken, controles, toezicht op de naleving en handhaving

Artikel 10.3 [Vervallen per 01-01-2013]

Artikel 10.4 [Vervallen per 01-01-2015]

Artikel 10.5. Onverwijlde voorzieningen

Artikel 10.6. Wet op de dierproeven

Artikel 10.7. Visserijwet 1963

Artikel 10.8. Raad voor dierenaangelegenheden

Artikel 10.9. Betrokkenheid van andere ministers bij de totstandkoming van algemene maatregelen van bestuur

Artikel 10.10. Voorhangprocedure

Artikel 10.11. Evaluatiebepaling

Hoofdstuk 11. Wijzigingen andere wetten en overgangsrecht

§ 1. Overgangsrecht

Artikel 11.1. Overgangsrecht

§ 2. Wijziging andere wetten

Artikel 11.1a. Wijziging Algemene wet bestuursrecht

Artikel 11.2. Wijziging Burgerlijk Wetboek

Artikel 11.3. Wijziging Flora- en faunawet

Artikel 11.4. Wijziging Gezondheids- en welzijnswet voor dieren

Artikel 11.5. Wijziging Landbouwkwaliteitswet

Artikel 11.6. Wijziging Visserijwet 1963

Artikel 11.7. Wijziging Wet milieubeheer

Artikel 11.8. Wijziging Wet op de economische delicten

Artikel 11.9 [Vervallen per 01-01-2013]

Artikel 11.10 [Vervallen per 01-01-2013]

Artikel 11.11. Wijziging Wet op de omzetbelasting 1968

Artikel 11.12. Wijziging Wetboek van Strafvordering

Artikel 11.13 [Vervallen per 01-01-2013]

Artikel 11.14. Overgangsrecht inwerkingtreding wijziging van de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren en enige andere wetten [Nog niet in werking]

Hoofdstuk 12. Slotbepalingen

Artikel 12.1. Intrekking wetten

Artikel 12.2. Inwerkingtreding

Artikel 12.3. Citeertitel